Oudere duikers kennen de verhalen of deden het misschien zelf: eigenhandig een waterdichte duiklamp knutselen. Van pvc buis meestal, met een zware set batterijen. Als je te diep ging dan hoorde je soms een knal. Dat kan beter, dacht Rob de Rijk – zelf ook duiker. In 1989 ontwierp en maakte hij een eerste serie duiklampen. Die vonden gretig aftrek en vanaf dat moment maakte hij naast zijn werk bij een metaalbedrijf steeds meer duiklampen. Uiteindelijk richtte Rob zich twintig jaar geleden uitsluitend op het ontwerpen en produceren van lampen voor duikers. Zijn bedrijf gaf hij de naam Metalsub. Een internationale naam voor een mooi Nederlands product, met passie gemaakt.
Metalsub maakt handlampen en kabellampen voor sportduikers en beroeps.
In de ruime werkplaats in Weesp ligt een kist met dikke, in stukken gezaagde aluminium buizen. Dat het ruwe materiaal de behuizing van een duiklamp gaat worden, lijkt een klein wondertje. Maar Bouke Krikke laat zien hoe de freesrobot aan het werk gezet wordt. In fases wordt zowel aan de binnenkant als aan de buitenkant de juiste vorm uit de aluminium buis gefreesd. Dit volgens het exacte patroon dat door hem in de freescomputer is geprogrammeerd. De instructies daarvoor zijn een afgeleide van de ontwerptekeningen die Rob zelf maakt voor elke nieuwe serie lampen. De nieuwste freesrobot heeft ook een robotarm die telkens een serie buizen pakt en in het apparaat plaatst, weer terugzet wanneer de bewerking klaar is en dan weer een nieuwe serie pakt. In drukke tijden kan deze machine ook ’s nachts zijn werk blijven doen. In rustige tijden maakt Rob de ontwerptekeningen voor nieuwe duiklampen. Dat doet hij het liefst op Texel – zijn idee van vakantie.
Groot licht
De lichtbron in de duiklampen die ons tegenwoordig zoveel licht geven is de led. Van leds is de lichtopbrengst altijd heel nauwkeurig te bepalen. Het is een bijzonder fenomeen dat vijf van deze kleine puntjes in een duiklamp zo machtig veel licht kunnen produceren. De Metalsub-lampen zijn daarom ook dimbaar met minstens vier dimstanden of een traploos systeem. Ledjes geven als ze gedimd zijn nog steeds eenzelfde mooie bundel licht, alleen zwakker. Dat is nodig in water waar bijvoorbeeld veel zweefvuil is. Een felle lichtbundel zou dan hetzelfde effect geven als “groot licht” van een auto in dichte mist. Rob vertelt: ‘Een aantal jaren geleden werd er beweerd dat de eenheid lumen per Watt voor een ledlamp nooit meer zou worden dan 50. Inmiddels zitten we aan de 110 en is de ontwikkeling van deze lamptechniek nog lang niet aan z’n eind. Ook de lichtkleur is tegenwoordig een stuk beter geworden.’
De reflectors die zorgen voor de juiste lichtbundel worden ook door Rob getekend en vormgegeven. Over elk onderdeel is nagedacht. Een led-lamp brengt een heel arsenaal aan elektronica met zich mee. Ook die wordt door Metalsub zelf ontworpen en aan de hand daarvan worden de benodigde printplaatjes door een bedrijf in IJsselmuiden gemaakt. Een kleine ronde plaat met de kleine ledlampjes wordt op een koelplaat in de kop van de lamp gemonteerd, met daaromheen de zelfgemaakte reflector. Zonder deze koelplaat, die de warmte afgeeft aan de behuizing van de lamp (en dus aan het koele water), zouden de ledjes maar enkele seconden kunnen branden.
De freesrobot.
Vooruitgang
Metalsub maakt hand- en kabellampen. Handlampen hebben het gewone ouderwetse zaklampmodel. Kabellampen zijn korter, hebben een handvat en zitten met een kabel vast aan een accupack dat meestal op de duikfles wordt gemonteerd. Dat gebeurt door middel van een plaat waar de accu gemakkelijk op wordt aan- of afgeklikt. Was enkele jaren geleden de verdeling nog zeventig procent kabellampen en dertig procent handlampen, tegenwoordig is dat precies omgekeerd. Dit heeft te maken met de voortschrijdende techniek. Ook handlampen hebben tegenwoordig een grote lichtopbrengst, de batterijen worden steeds kleiner en de brandduur langer. Van alle duikmateriaal hebben de lampen de afgelopen vijf jaren de grootste ontwikkeling doorgemaakt. Rob’s interesse in techniek en het steeds kunnen verbeteren van zijn producten is een van de redenen dat hij met zoveel enthousiasme zijn vak uitoefent. De hele fabriek draait op Rob, zijn twee technische medewerkers en zijn vrouw en dochter, met in drukke tijden een aantal freelance hulpkrachten.
Bij Metalsub staat in het voorste deel van de werkplaats een opstelling waar batterijen (accu’s) getest worden. In grafieken op het computerscherm leest Kees de Jongh af hoe het verloop is van de ampères, vermogens, volts, wattages, frequenties en zo meer. Ook staat er een kleine druktank, waarin elke geproduceerde lamp en accutank worden getest tot 25 Bar. Rob volgt de ontwikkeling van oplaadbare batterijen op de voet. De meest gebruikte exemplaren zijn nog steeds de NiMH, de nikkel-metaalhydride-accu. Zijn recentste serie lampen is nu voorzien van een lithium-ferriet accu, een van de veelbelovende nieuwere types lithium-ion accu’s. Lithium-kobalt laten ze nog even links liggen. Lachend vertelt Rob over een test waarbij hij en zijn mannen deze batterijsoort slechts kort tot een graad of 70 verhitten, met als gevolg dat ze met z’n allen een uur lang buiten hebben moeten staan tot de rook was weggetrokken. De muur, waar de exploderende batterijen als een komeet langs waren gevlogen, is inmiddels weer netjes gewit.
Kees de Jongh test de elektronica.
Mariniers
Rob is iemand die met zorg zijn producten ontwerpt en in elkaar zet, met veel oog voor details en techniek. De lampen zijn bekend en geliefd onder sportduikers maar ook bij beroepsduikers in heel Europa. Af en toe komt zomaar een order binnen van een Indiase legereenheid of van Duitse mariniers. Ook voor professionele duikers in Nederland maakt hij regelmatig lampen en toebehoren, waarbij het altijd gaat om maatwerk zoals bevestigingssystemen en lampjes op volgelaatsmaskers. Toch leuk ook dat het meest geschikte materiaal voor de kabels van Metalsub’s kabellampen toevallig een oranje kleur had. Dat heeft Rob maar zo gelaten. Past mooi bij de donkergrijsgroene behuizing en zwarte onderdelen, én het geeft de lampen een trots, maar toch nuchter Hollands tintje.