Leestijd: 6 minuten

Met een kweekprogramma, onderzoek en andere maatregelen werken natuurbeschermers en (sport)vissers aan de terugkeer van haaien en roggen.

Al 450 miljoen jaar voor er mensen op de aarde rondliepen, zwommen al prachtige haaien en roggen door de wereldzeeën. Deze roofdieren staan bovenaan de voedselketen waar ze een belangrijke rol in het ecosysteem vervullen. Haaien en roggen zorgen bijvoorbeeld voor het “onderhoud” van riffen, de balans tussen soorten en ze dragen bij aan gezonde populaties van andere dieren door de zwakkere of zieke vissen op te eten. Grootschalig wegvangen van haaien en roggen heeft effect op de hele voedselketen en daarmee op de gezondheid van de oceanen. Niet alleen in buitenlandse zeeën zwemmen haaien en roggen. Ook hier is een thuis voor deze elegante kraakbeenvissen. Haaien en roggen spelen in het ecosysteem van de Noordzee en de Zeeuwse Delta net zo’n voorname rol.

 

Duiken in Nederland

Kweekcentrum Blue Linked in Utrecht.

 

In 2015 ging het project “Haaien en roggen terug in de Noordzee” van start. Vijf partijen werken vier jaar lang samen in dit project: Het Wereld Natuur Fonds, Dutch Shark Society, Blue Linked, Sportvisserij Nederland en Stichting De Noordzee. Wij hadden het voorrecht veel van deze dieren in hun natuurlijke omgeving te mogen bewonderen. Hoe fantastisch zou het zijn als dat straks ook in onze eigen Noordzee kan, omdat de populaties zich hebben hersteld? Maar de meeste Nederlanders weten niet eens dat er 9 haaiensoorten en 10 roggensoorten in onze wateren leven. Daarom leggen we deze dieren zoveel mogelijk op beeld vast om te laten zien hoe mooi en waardevol ze zijn!

 

Een week nadat de stekelroggen gemerkt zijn, worden ze naar voormalige oesterputten in Yerseke overgebracht om te wennen aan Oosterscheldewater.

 

Veilige leefgebieden

Het gaat niet goed met de haaien en roggen in de Noordzee. Met het project willen we de populaties haaien en roggen veiligstellen. Dat willen we doen door de (bij)vangsten in de visserij te beperken en veilige leefgebieden te maken voor haaien en roggen, waarin die (bij)vangsten zo veel mogelijk worden voorkomen. In 2030 moet het ecosysteem van de Noordzee zijn hersteld, met gezonde populaties haaien en roggen. De beoogde resultaten:

  1. De aantallen haaien en roggen zijn toegenomen in 2030.
  2. In tenminste 1 Natura 2000-gebied komen haaien en roggen weer voor en is bescherming van deze soorten goed gewaarborgd.
  3. Tenminste 2 soorten bedreigde haaien of roggen worden succesvol opgekweekt en uitgezet in zee.
  4. Er is meer draagvlak bij overheid, ondernemers (vissers) en publiek voor de bescherming van haaien en roggen.

 

Maar waarom zijn er zo veel minder haaien en roggen? Haaien en roggen hebben een lage voortplantingscapaciteit: veel soorten zijn pas na meer dan 10 jaar geslachtsrijp. Bij de meeste haaiensoorten komen de eieren in het lichaam van de moeder uit, waarna de babyhaaitjes volledig ontwikkeld worden geboren. Meestal gaat het om 1 tot 20 jongen per jaar. Haaien lijken in hun ontwikkeling daarom meer op zeezoogdieren dan op andere vissen. Er zijn ook eierleggende haaien in de Nederlandse Noordzee: de hondshaai en kathaai leggen bijvoorbeeld 2 eieren per keer en het duurt 7 tot 10 maanden voor ze uitkomen. De lege eikapsels van roggen en haaien spoelen vaak aan op het strand. De meeste roggen leggen eieren: zo’n 20 tot 140 per jaar. Hierin komen kleine roggen binnen 8 tot 10 maanden tot ontwikkeling. Juist door die trage voortplanting zijn haaien en roggen kwetsbaar voor bijvangst: de populaties herstellen maar langzaam.

 

Duiken in Nederland

Eikapsels.

 

Wereldwijd bedreigd

Wereldwijd wordt een kwart van alle haaien en roggen met uitsterven bedreigd (IUCN 2014). In Europese wateren is ruim 30 procent van de soorten bedreigd. Van de 20 soorten haaien en roggen die we in de Noordzee kennen, staan er 10 als bedreigd of kwetsbaar op de Rode Lijst van de IUCN (International Union for Conservation of Nature, op de Rode Lijst houdt deze organisatie bij welke planten en dieren met uitsterven bedreigd worden). Aan het begin van de 20e eeuw kwamen er nog veel meer soorten haaien en roggen voor in onze Noordzee dan nu. Op sommige soorten is intensief gevist omdat ze werden gegeten. En met het afsluiten van de Zuiderzee in de jaren 30 ging een belangrijke kraamkamer voor haaien en roggen verloren in Nederland. De aantallen liepen sterk terug na de Tweede Wereldoorlog. Door intensivering van de visserij vanaf de jaren 50 en het gebruik van steeds zwaarder vistuig zijn meer gebieden in de Noordzee toegankelijk geworden voor visserij. Hierdoor vormen deze gebieden niet langer een toevluchtsoord voor haaien en roggen. Alleen de sterrog, de pijlstaartrog, de gladde gevlekte haai en de hondshaai worden nog regelmatig gevangen.

 

De leefgebieden en kraamkamers voor haaien en roggen zijn nu nog onvoldoende bekend. Om deze te kunnen beschermen, moeten we ze beter in kaart brengen. Ondiepere paaigebieden zoals kustzones kunnen een toevluchtsoord zijn voor de dieren.

Inmiddels werkt het team ook met Nederlandse organisaties voor visserij aan een project dat is gericht op het herkennen van vangsten, overleving van gevangen dieren en het monitoren van aantallen gevangen haaien en roggen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van (automatische) beeldherkenning door video en een methode waarbij DNA wordt gebruikt. Aan de hand van die vangsten en de geschatte populatiegroottes kan dan worden gekeken waar de haaien en roggen leven en welke effecten de visserij heeft op de soorten in de Noordzee.

 

Duiken in Nederland

De eerste gekweekte en gemerkte dieren zijn uitgezet in de Oosterschelde.

 

Kweken

Een van de pijlers van het project is het kweken van haaien en roggen uit eieren van aquaria in Nederland, om die uit te zetten in de Oosterschelde. Het kweken gebeurt bij kweekcentrum Blue Linked in Utrecht. Hier kweken ze in gevangenschap de stekelrog, een soort die in Nederland nog niet veel voorkomt. Het kweekprogramma is opgezet volgens de richtlijnen voor herintroductie van soorten van de IUCN en voor het publiek zichtbaar gemaakt. Een week nadat de stekelroggen gemerkt zijn, worden ze naar voormalige oesterputten in Yerseke overgebracht om te wennen aan Oosterscheldewater. Hun welzijn wordt daar dagelijks gecontroleerd. Na twee weken kunnen de dieren daadwerkelijk in de Oosterschelde worden vrijgelaten. Tot nu toe bleken alle dieren in de oesterputten te zijn gegroeid. De organisaties hebben ervoor gekozen om de proef te beginnen met de stekelroggen, omdat van deze soort via aquaria voldoende kweekmateriaal verkrijgbaar is en de stekelrog zich makkelijk voortplant in gevangenschap. Behalve de stekelrog zijn meer soorten geschikt voor kweek. Bij de keuze wordt onder andere meegewogen welke soorten bijna zijn uitgestorven en welke soorten goed te kweken zijn. Voor soorten die nog niet beschikbaar zijn via aquaria, vraagt het project aan vissers en Wageningen Marine Research om eieren aan te leveren die zij in hun vis- en onderzoek-netten aantreffen.

 

Om meer te leren over de uitgezette stekelroggen houden we ze in de gaten met merk-terugvangst en speciale tags (zogenaamde “elektronische data storage tags”). De eerste gekweekte en gemerkte dieren zijn in oktober 2017 uitgezet in de Oosterschelde. De roggen worden zorgvuldig gemonitord. Voor het merken en monitoren van uitgezette roggen wordt samengewerkt met Sportvisserij Nederland, die al sinds 2012 een merk- en uitzetprogramma voor haaien en roggen in de Zeeuwse delta leidt. Waar gaan de roggen heen? Hoe is hun verspreidingspatroon? Alle verzamelde kennis is bruikbaar voor andere uitzetprojecten wereldwijd.

 

Geen bijvangst

In Nederland jagen vissers niet gericht op haaien en roggen. Het grote probleem is vooral de bijvangst van haaien en roggen. De dieren komen per ongeluk in netten terecht en de vissers gooien ze veelal dood terug in zee. Om de visserij te verduurzamen wordt een “aanlandplicht” ingevoerd: het is verboden gevangen vis terug in zee te gooien. Maar dat geldt weer niet voor soorten waarop volgens de Europese wetgeving niet gevist mag worden, zoals de bedreigde haaien- en roggensoorten. De visser moet deze soorten nog steeds zo snel mogelijk en liefst ongedeerd terug overboord zetten. Toch geldt deze uitzondering op de aanlandplicht niet voor álle haaien en roggen. Vissers mogen haaien- en roggensoorten die niet bedreigd zijn, gewoon vangen en aan land brengen. Bovendien is er op dit moment ook een trend naar “bijvangstgebruik”, vooruitlopend op de aanlandplicht: dan wordt er iets bedacht waarvoor de visser de gevangen haaien en roggen toch kan verkopen. Er verschijnen steeds meer haaitjes op exotische menukaarten. En hondshaaitjes worden al in gedroogde vorm aangeboden als hondenspeelgoed… De aanlandplicht wordt gefaseerd ingevoerd, en er blijft een uitzondering mogelijk voor soorten met een hoge overlevingskans zoals haaien. Terugzetten van alle haaien helpt het voorzichtige herstel van de soort.

 

_________________________________________________

Iedereen kan meewerken aan het onderzoek naar de leefgebieden van haaien en roggen. Heb jij zelf een rog of haai gezien, gefotografeerd of gevangen (en weer teruggezet)? Meld het via www.sportvisserijnederland.nl. Voor projectinformatie en updates: www.dutchsharksociety.org.

 

Duiken in Nederland

De stekelrog plant zich makkelijk voort in gevangenschap.