Leestijd: 4 minuten

Goed nieuws van onder water. In de Vinkeveense Plassen neemt zowel de biodiversiteit als de biomassa toe. IVN’er Rob Idema (55 jaar) van de afdeling IVN Ronde Venen & Uithoorn is een verwoed duiker en houdt de onderwaternatuur goed in de gaten.

Idema studeerde biologie, maar ging de hele andere kant uit. Hij werd eigenaar van een financieel adviesbureau. ‘Rond mijn 50ste realiseerde ik me dat ik terug de biologie in wilde. Ik heb mijn bedrijf verkocht. Toevallig kwam de natuurgidsopleiding van het IVN voorbij. En die ben ik gaan volgen, uiteraard werd ik lid van het IVN. Dat was in 2018. Nu ben ik penningmeester van de afdeling. Dat financiële, dat zit nu eenmaal in me.’

 

Rob Idema met zijn duikmaatje op de parkeerplaats van Vinkeveen

 

‘Veel mensen zwemmen, varen of zitten hier te hengelen. Iedereen ziet het loodgrijze oppervlakte, maar weinig mensen zien wat er daaronder allemaal leeft. Onderwater is altijd een hobby van me geweest. Toen ik 16 was vroeg ik aan mijn vader of ik mocht duiken. De uitrusting kostte 1600 gulden toen. Ga jij maar lekker voetballen, zei mijn vader, veel te duur. Jaren later ging ik uiteindelijk toch duiken en nu ben ik onder meer duikinstructeur en onderwaterfotograaf.’

‘Op het moment dat ik mijn hoofd onder water steek wil ik weten wat ik zie. Of het nu gaat om planten, vissen, ongewervelden als slakken. Je ziet elke keer wat anders, elk moment van het jaar is anders, de temperatuur van het water is anders. Je kan altijd voor een verrassing komen te staan. En een groot verschil met bijvoorbeeld vogels kijken, is dat die wegvliegen. Je kunt een snoek soms tot wel 20 centimeter benaderen.’

‘De Vinkeveense Plassen zijn heel geschikt om te duiken. Er zijn goede faciliteiten en het water is glashelder. Dat komt onder andere door een fosfaatfilter en doordat de plassen zo diep zijn. Je kunt tot 52 meter duiken. Door de diepte zakt al het spul dat het water troebel maakt, naar beneden.’

 

Onder water in de Vinkeveense plassen


Is de onderwaternatuur van de plassen van waarde?

‘Ja, zeker. Er komen hier twee zeer zeldzame vissen voor. De kwabaal, die staat zelfs op de Rode Lijst, en de rivierdonderpad. Dat zijn bodemvissen. De kwabaal gaat waarschijnlijk zo achteruit door de opwarming van het water, de rivierdonderpad wordt verdrongen door de marmergrondel en de zwartbekgrondel. Die allebei uit de Zwarte Zee afkomstig zijn.’


Er zijn meer soorten dan ooit. Noem er eens enkele?

‘We hebben te maken met nogal wat exoten, die hier via kanalen of in ballastwater van schepen hier naartoe zijn gekomen of gebracht. Drie soorten Amerikaanse rivierkreeft, de Aziatische korfmossel, de Chinese wolhandkrab, allerlei exotische aasgarnalen, de marmer- , zwartbek- en dwerg-grondel uit de Zwarte Zee. De laatste nieuwe exoot, die ik in 2019 hier heb ontdekt is de echte zoetwatergarnaal, die afkomstig is uit Zuid-Europa.’

 


Veel natuurliefhebbers hebben een hekel aan exoten en willen ze weg.

‘Ja, maar het middel is vaak erger dan de kwaal. Het vergt vaak rigoureuze maatregelen om een exoot te bestrijden. Met een chemische stof in het water kan je zorgen dat alle Amerikaanse rivierkreeften steriel worden, maar zo’n maatregel heeft ook effect op andere dieren. En dat wil je niet. Ik denk dat het een zaak van gewenning is. Over 35 jaar hoor je niemand er meer over. De karper en de snoekbaars zijn ook exoten geweest.’


Doet jullie IVN-afdeling iets aan het beschermen van deze onderwaternatuur?

‘Nou, we proberen mensen bewust te maken dat er bijzondere beestjes en planten groeien. En dat ze niet alle vuilnis en andere troep zomaar over boord zetten. Dat is al heel erg belangrijk. Daarnaast zijn er de Slootjesdagen. Als vrijwilliger draag ik daaraan bij. Dat vind ik ook leuk. Je komt op een diepte waar je niet snel zit als duiker. En sommige dingen zijn zo klein, die zie je niet als duiker. Soms zit de sloot zo vol met watervlooien dat het schepnet helemaal vol zit’.

 

Onder het ijs gaat het leven gewoon door


Uit metingen blijkt dat de biomassa ook toeneemt.

‘Ja, dat is opvallend. Vijf jaar geleden werd in de politiek een discussie gevoerd: de Plassen zijn te schoon, we willen meer vis, en met name karper voor de sportvissers, laten we meer fosfaat toelaten. Ecologen zeiden dat het ecosysteem juist heel gezond is, wacht juist nog even, het wordt steeds mooier. En dat blijkt te kloppen. Snoek, zeelt, vetjes, veel diversiteit en robuustere gemeenschappen. En er zit nog steeds karper en brasem, maar niet in overdaad.’


Dit artikel is eerder verschenen op IVN.nl