Leestijd: 2 minuten

Met een aangepaste cursus grotduiken vervult Anneke van der Werff een grote wens.

Een ervaren sportduiker vraagt of ik haar kan leren grotduiken. Dat hoor ik wel vaker. Maar in het geval van Anneke van der Werff is de vraag wel heel bijzonder. Anneke heeft een spierziekte en is afhankelijk van een rolstoel (zie ook Onderwatersport mei-juni 2018). ‘Ik wil heel graag ervaren wat grotduiken is,’ zegt ze bij de kennismaking. ‘Want te mogen duiken tussen gesteente van duizenden jaren oud, dat lijkt me heel indrukwekkend.’

 

Mijn eerste reactie was: niet aan beginnen. Grotduiken is iets heel anders dan duiken in open water. Aan de andere kant, Anneke duikt zonder hulp en heeft alleen assistentie nodig om in en uit het water te komen. Er zijn meer voorbeelden van technisch duikers met een beperking. Dus we gaan in gesprek. De veiligheid staat voorop. Anneke moet in geval van nood altijd zelfstandig weer de grot uit kunnen komen. Ik heb extra mensen nodig boven water om haar in en uit het water te helpen en een of twee extra duikers onder water zijn ook welkom. Herman Peeters, (ook grotduikinstructeur), heeft zin om te helpen en een andere ervaren grotduiker wil ook mee. Voor boven water biedt Mieke Versteegen haar hulp aan. Het team is compleet.

 

Vanwege haar beperking duikt Anneke met een trimvest met een hendel. ‘Een standaard inflator bedienen gaat niet,’ zegt ze. ‘En op het droogpak zit al een extra grote knop waarmee ik met een hele hand kan trimmen.’ Bij grotduiken werk je altijd met een dubbelset of sidemount. In dit geval kiezen we voor een enkele fles op de rug en een extra fles als stage. In de voorbereiding blijkt dat Anneke er goed mee overweg kan en in geval van nood ook de kraan van de fles op haar rug dicht krijgt. ‘Dat kost wel veel kracht,’ zegt ze daarover, ‘maar het lukt nog prima.’ Als de duikdagen in Frankrijk dichterbij komen, geeft Anneke aan dat de kracht in haar armen begint af te nemen. We moeten het avontuur niet langer uitstellen. Ze krijgt van haar artsen groen licht om te gaan grotduiken en daar gaan we, naar La Douce France.

 

Om de vaardigheden te oefenen, hoeven we amper de grot in. Maar je krijgt wel direct het gevoel van een echte grotduik. Anneke komt na 40 minuten koud en voldaan boven. Na 4 oefenduiken gaan we verder de grot in, maximaal 17 meter diep. Ons doel is de luchtbel op 80 à 90 meter van de ingang. Onder water zie je gewoon dat er een ervaren duiker naast je zwemt. Anneke vond het een geweldige ervaring: ‘Ik kende alleen de theorie en praktijk van het grotduiken in Nederlands water. Eenmaal in de grot kreeg ik een gevoel van “dit is helemaal mijn ding”. Ik was ontroerd, euforisch en zeer dankbaar voor deze mooie ervaring met het grotduiken. Kan niet bestaat niet. Als je iets echt heel graag wilt dan kun je het.’