Het is een rustige avond als op 9 juni 1918 de twee zusterschepen SMS Szent Istvan en Tegettoff de haven van Pula (nu Kroatië) verlaten en koers zetten naar het zuiden, in de richting van Dubrovnik. De grote, gepantserde slagschepen (“dreadnoughts”) hebben relatief weinig te vrezen van de Italiaanse marine want ze hebben een escorte van een kruiser en zes torpedoboten om vijandelijke schepen af te slaan. De Szent Istvan is een nieuw schip van 20.000 ton. Tot dan is ze alleen gebruikt om schietoefeningen te doen met haar gigantische 12 inch (30,5 centimeter) kanonnen. De beide slagschepen zijn op weg om met andere eenheden van de vloot een aanval te doen op de geallieerde zeeblokkade bij Brindisi. De kapitein en zijn officieren houden een laatste vergadering in de admiraalskamer bij het achterdek. Na de laatste instructies wordt de wacht ingedeeld. Het is een heldere nacht en de uitkijkposten hebben niets te melden. Niemand van de meer dan duizendkoppige bemanning kan vermoeden dat de hel spoedig zou losbreken…
Torpedo’s
Het is nog bijna nacht als de Italiaanse Korvet Kapitein Luigi Rizzo het bevel geeft om terug te keren naar de basis. De torpedoboten MAS 15 en MAS 21 van de Italiaanse marine hebben er een vervelende nacht op zitten. Er was weinig actie geweest en nu hebben ze haast om onder dekking van het laatste beetje duisternis binnen te varen. In de heldere nacht zien de Italianen plotseling een rookpluim aan de horizon verschijnen. In dit gebied kan het alleen een vijandelijk schip zijn. Kapitein Rizzo geeft aan de kapiteins Gori en Aonzo bevel om hun torpedoboten recht op de rookpluim af te sturen. Het is nog een heel eind varen maar toch slagen de beide torpedoboten erin om door het cordon van begeleidende schepen te varen en de aanval in te zetten. Zodra ze dicht genoeg in de buurt van de twee grote slagschepen zijn, besluit Rizzo om de MAS 21 de aanval te laten inzetten op de Tegetthoff. Maar het salvo torpedo’s dat de MAS 21 afvuurt, mist zijn doel. De MAS 15 zet onmiddellijk koers naar de Szent Istvan en vuurt twee torpedo’s af. De beide torpedo’s boren zich in de flank ter hoogte van de stoomketels. De achterste ketelruimen beginnen direct vol water te lopen en het schip maakt al tien graden slagzij naar stuurboord. De kapitein van de Szent Istvan laat de zware kanonnen naar bakboord draaien om de slagzij tegen te gaan. Tevergeefs. Er loopt steeds meer water in het ketelruim zodat er geen stroom meer is om de pompen te laten draaien. Om 06.05 uur in de ochtend kapseist de Svent Istvan en zinkt, niet ver van het eiland Premuda. De ondergang van het schip wordt gefilmd door een officier aan boord van de Tegetthoff en is de enige film die ooit is gemaakt van een zinkend schip tijdens de eerste wereldoorlog. Bij de ramp verliezen 89 zeelieden het leven.
Vijftien meter verderop kunnen we een van de torens van de grote kanonnen herkennen en is er een doorgang terug naar buiten.
De Szent Istvan is in de jaren 70 teruggevonden door de marine van het toenmalige Joegoslavië. Het wrak is beschermd. Dat wil zeggen dat er alleen met speciale toestemming op mag worden gedoken. Het is voor mijn Kroatische vriend Drazen Goricki dan ook een lange weg om aan de nodige papieren te komen. Uiteindelijk krijgen we van het ministerie van cultuur en de afdeling onderwaterarcheologie een vergunning voor een duikexpeditie. Het was jaren geleden dat er voor het laatst toestemming was verleend aan een groep om op het wrak te duiken. Ons team bestaat uit duikers uit vijf verschillende landen. Ook duikers van de speciale politie duikeenheid en de Kroatische marine nemen deel aan het avontuur. Dat zorgt ervoor dat we de basis van de speciale politie duikeenheid in Mali Losinj kunnen gebruiken als thuishaven voor de hele expeditie. Met inbegrip van hun snelle boot om de 20 mijl te overbruggen die het wrak van de kust verwijderd ligt. Ter plekke kunnen we Trimix vullen en onze rebreathers gereed maken. De expeditie wordt begeleid door Igor Miholjek. Hij is senior conservator en hoofd van de afdeling onderwaterarcheologie van het Croatian Conservation Institute, dat het Kroatische erfgoed bewaakt. Igor is dan ook verantwoordelijk voor het bergen en conserveren van voorwerpen uit het wrak. Daarnaast willen we tijdens de expeditie zoveel mogelijk filmbeelden en foto’s maken in en rond het wrak.
Schoenen
Het gebeurt niet vaak dat je de gelegenheid krijgt om op een wrak te duiken dat al jaren is gesloten voor elke duikactiviteit. Na een grondige check van mijn duikmateriaal en camera staan we klaar voor de eerste afdaling. Kort voor de duik test ik mijn camera voor een laatste keer en stel vast dat de flitser niet werkt. Dan maar fotograferen met behulp van de videolamp. Al tijdens de afdaling wordt duidelijk dat het zicht niet veel meer is dan een meter of zes. De afdaallijn is vastgemaakt aan een van de twee grote schroeven. Pal daarnaast zijn de roeren duidelijk zichtbaar. Na enkele opnamen dalen we verder af naar de bodem en vinden een opening waar we onder het wrak kunnen zwemmen. Het immense wrak ligt op de kop met een deel van de opbouw in de bodem. Er is redelijk wat ruimte om te zwemmen en tussen de rommel op de zeebodem vinden we verschillende leren schoenen. Vijftien meter verderop kunnen we een van de torens van de grote kanonnen herkennen en is er een doorgang terug naar buiten. De lopen van de 30,5 centimeter kanonnen zijn gigantisch en geven een goede indruk van hoe groot dit wrak is. Op een diepte van 66 meter gaat de tijd snel. Nadat we de kanonnen hebben geïnspecteerd, zwemmen we terug naar de lijn om aan onze opstijging en een lange decompressie te beginnen.
Tijdens de week die volgt blijft het weer uitzonderlijk goed en staat er weinig wind. Uiteindelijk maken we met z’n allen meer dan zeventig duiken op het oorlogswrak. Tijdens een van die duiken vinden we een doorgang naar de admiraalskamer. Hier vinden we prachtige bronzen lampen met geslepen glas die we bergen voor conservatie. Ook de telefoon waarmee de bevelen naar de brug werden gegeven, vinden we terug; diep in het wrak. In de buurt van de admiraalskamer ligt de badkamer van de kapitein met het bad duidelijk herkenbaar, en uit verschillende hutten kunnen we zilveren bestek en porselein bergen. Tijdens een van mijn duiken onder het wrak ontdek ik een van de grote zoeklichten die op de mast stonden en nu half in het zand verborgen ligt. Ook de munitiekamer die zich meer richting de boeg bevindt, vinden we terug en kunnen we uitgebreid fotograferen en filmen. Het Croatian Conservation Institute doet nog steeds onderzoek naar de Svent Istvan en is bezig de voorwerpen die we hebben geborgen te conserveren en beschrijven. Tenslotte vinden deze hun weg naar een museum, waar mensen ze voor het eerst sinds honderd jaar weer met eigen ogen kunnen zien.
_________________________________________________________
Szent Istvan
“Dreadnought” is de naam van een klasse zwaar gepantserde slagschepen die voor het eerst in 1906 op zee verscheen. Ze waren bewapend met 12 inch kanonnen en de stoomturbines gaven de schepen een snelheid van meer dan 20 knopen. De komst van de dreadnought ontketende een wapenwedloop tussen de marines van Engeland, Frankrijk, Duitsland, Rusland en Oostenrijk-Hongarije. De Szent Istvan is een van de vier dreadnoughts die Oostenrijk-Hongarije liet bouwen. Het schip is gebouwd tussen 1912 en 1915 door Ganz & Company Danubius werf en kwam in December 1915 in dienst.
- Afmetingen: 152 meter lang, 28 meter breed, 20.000 ton.
- Bewapening: vier 12 inch (30,5 cm) kanonnen, twaalf 5,9 inch (15 cm) kanonnen, twaalf 2,8 inch (7 cm) kanonnen, vier 66 mm luchtafweer kanonnen, vier 533 mm torpedobuizen.