Leestijd: 3 minuten

Beter kijken levert zomaar een nieuwe soort zeenaaktslakken op voor Nederland.

Bernard Picton is dé expert op het gebied van onderwaterleven rond de Britse eilanden. Hij is schrijver van standaardwerken over ongewervelde dieren in zee, zoals zeenaaktslakken, sponzen en stekelhuidigen. Voor onderwaterbiologen wordt hij als slakken-goeroe gezien. De veldgids voor zeenaaktslakken “A Field Guide to the Nudibranchs of the British Isles” is van zijn hand en wordt door velen als het naslagwerk voor de zeenaaktslakken gebruikt. Picton geeft cursussen over naaktslakken en treedt op als expert bij de Nudibranch-safari’s van het Gulen Duikresort in Noorwegen. Op een van die safari’s heeft Carla van Westing, lid van de Biologische Werkgroep (BW) van de NOB, Bernard Picton enthousiast gemaakt om de slakkenrijkdom in Zeeland te komen bekijken. De BW heeft hem daarop uitgenodigd om één van de werkgroepweekenden in Zeeland bij te wonen en hier de traditionele zaterdagavond-lezing te geven. Eerder dit jaar heeft hij daaraan gehoor gegeven.

 

Onder begeleiding van enkele leden van de BW heeft Picton verschillende duiken gemaakt in de Grevelingen en de Oosterschelde. Eind mei is de periode waarin er een maximaal aantal soorten aan zeenaaktslakken voorkomt, maar het is ook een periode van soms erg slecht zicht. Gevraagd naar zijn indruk van het Zeeuwse water antwoordde hij met typisch Iers understatement: ‘Interesting!’ Waaruit de oplettende luisteraar kon concluderen dat hij het slechte zicht bij ons toch wel een puntje vond. Hij was dan ook verrast over de ontwikkeling van het duiktoerisme in Zeeland en in het bijzonder onder de indruk van de faciliteiten die voor de duikers door de NOB in Zeeland zijn aangelegd.

  • Bernard Picton wordt als de slakken-goeroe gezien (foto: Edwin van der Sande).

Korea

‘Het lijkt wel of ik in Korea ben!’ zei Bernard Picton bij het bovenkomen na de eerste duik. Bijna alle soorten die hij waarnam, waren namelijk exoten uit het Verre Oosten. Maar een aantal inheemse hydropoliepjes en de hier algemene baksteenanemoontjes maakten hem ook enthousiast. Een volle zaal BW-leden en introducees woonde de zaterdagavond-presentatie bij. Picton zette de historie van het naamgeven van de slakjes in de Britse en Bretonse wateren uiteen. Hij stipte de uitdagingen aan die je tegenkomt bij het naamgeven en herkennen van zeenaaktslakken. ‘s Middags ontdekten we bijvoorbeeld dat we in Nederland eigenlijk twee verschillende soorten naaktslakken de naam bleke knuppelslak (Eubranchus pallidus) geven. Bij veel van deze individuen blijkt het eigenlijk te gaan om de witgezoomde knuppelslak (Eubranchus linensis), die is te herkennen aan een witte rand om de voet. Door beter te kijken blijken we in Nederland opeens een slakkensoort rijker te zijn. De soort was altijd al aanwezig en gezien, maar nooit op de juiste naam gebracht.

 

Picton opperde dat ook voor andere algemene slakkensoorten zou kunnen gelden dat er eigenlijk sprake is van twee of zelfs meerdere soorten of ondersoorten. Zo wordt er al onderzoek gedaan naar dit fenomeen bij soorten als de grote vlokslak Aeolidia papillosa en de boompjesslak Dendronotus frondosus. Daarvoor heeft hij monsters genomen om mee te nemen naar Ierland voor determinatie op microscopisch niveau en op basis van DNA.

  • Witgezoomde knuppelslak.
  • Gestippeld mosdierslakje.
  • Blauwtipje.
  • Harlekijnslak.
  • Wrattig tipje.

Citizen Science

Mogelijk zijn er in Nederland nog andere nieuwe diersoorten onopgemerkt gebleven omdat er niet nauwkeurig genoeg naar wordt gekeken. Picton benadrukt het belang van Citizen Science: het geheel of gedeeltelijk uitvoeren van onderzoek door amateurs of niet-professionele wetenschappers. Veel van het werk van Bernard Picton wordt al ondersteund door waarnemingen van duikende amateurbiologen van Sea-search, een soortgelijke stichting in Groot Brittannië als onze Stichting ANEMOON.

 

Het bezoek van Picton heeft nieuwe vriendschappen en contacten met de BW van de NOB opgeleverd die mogelijk leiden tot een tegenbezoek in Ierland volgend jaar. Bernard Picton werkt daar als onderzoeker en curator van mariene invertebraten (ongewervelden) bij het Department of Natural Sciences van het National Museum Northern Ireland in Holywood, Noord-Ierland. Hij heeft in die functie de basis gelegd van de inventarisatie en naamgeving van een aantal groepen ongewervelde dieren van het oostelijke deel van de Atlantische Oceaan: de Britse eilanden en Scandinavië. Bernard Picton heeft talloze academische publicaties over dit onderwerp op zijn naam staan. Hij heeft nog veel meer te vertellen.