Leestijd: 7 minuten

Grote groene tanks, een decompressiekamer en een hele batterij aan materialen die je normaal niet ziet in Vinkeveen. Eiland 4 is voor even het domein van de 105e Geniecompagnie Waterbouw, normaal gelegerd in Den Bosch. Het team van Luitenant Don, pelotonscommandant bij de Genieduikers van de Koninklijke Landmacht traint. En tijdens die oefening doen ze meteen goed werk voor duikend Nederland: ze ruimen de containers op.

Boven water is het ronduit slecht weer in deze week dat we mee mogen. Koud, de regen komt horizontaal op je neer en de lucht is grijs, donker en het lijkt geen licht te worden. De duikers lijken er weinig last van te hebben. Met een groep van negen werken ze van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat op basis van een ‘steunverleningsverzoek’ van Staatsbosbeheer en de lokale duikshop voor het weghalen van de containers die onder water liggen. Daarnaast zijn er nog wat klusjes, die leuk zijn als ze eraan toe komen: de bus schoonspuiten, wat lijnen leggen en een aantal andere kleine zaken.

Inzetbaar in de moeilijkste omstandigheden

De duikers die hier rondlopen gaan al een tijdje mee bij Defensie. Ze hebben hun sporen wel verdiend en zijn gepokt en gemazeld als het om dit werk gaat. De mannen zijn overal inzetbaar. Nu is dit voor deze mannen een oefening, maar in de gesprekken gaat het over hulp op St. Maarten na orkaan Irma daar een paar jaar geleden, inzet bij overstromingen en het controleren van bruggen en andere waterwerken. Ook is dit het onderdeel van Defensie dat elk jaar weer de brug over de Maas aanlegt bij de Nijmeegse Vierdaagse. ‘Deze mannen zijn stuk voor stuk zeer volwassen’, legt Luitenant Don uit. ‘Ze hebben al veel gezien, meegemaakt, je kan op ze bouwen, en ook belangrijk, ze weten precies waar hun grenzen liggen.’ Want behalve heel hard werken, is het ook belangrijk om te weten wat je niet kan. ‘Het voorkomt onveilige situaties en het zorgt voor een team dat op rolletjes loopt. Deze manschappen zijn assertief, zelfstandig, besluitvaardig en goed in samenwerken’, legt hij verder uit. ‘En een beetje eigenwijs’, lacht hij. Een goede eigenschap bij dit onderdeel van Defensie, ‘want ze moeten af en toe gewoon zelf oordelen en direct handelen’, lacht hij.

 

Op de kant zie je verschillende taken: er zijn natuurlijk duikers in het water. Er is een duikleider die zorgt voor het overzicht, en er is iemand die ‘comms’ doet, hij heeft continu contact met de duikers in het water. Verder zijn er al tijd een of twee mannen bezig met wat herstelwerkzaamheden, het ontvangen van het eten of het opruimen van spullen. Zo is het team continu in de weer, meer dan 12 uur per dag gemiddeld. Het is mooi om te zien dat de invulling van deze taken naadloos in elkaar overloopt. Met inmiddels heel wat uren bij de klas van de Defensie Duik School zie ik direct het verschil in ervaring: hier wordt niet meer nagedacht over wat er gebeurt, hier denken ze na over wat komen gaat. Het gaat als vanzelf, er is weinig voor nodig om, ondanks de uitdagingen die ze tegenkomen, het goed te laten verlopen. De sfeer is relaxed en ondanks dat iedereen geconcentreerd en gefocust werkt, lopen ze allemaal heel open en goedlachs rond.

Oefening en tegelijk nuttig werk

De genisten vinden het ook leuk om dit soort oefeningen te doen. ‘We oefenen deze week hier en werken tegelijk aan een project dat nuttig is voor de duizenden duikers die hier jaar in jaar uit weer komen. Dat is stukken beter dan lassen, branden en zagen in een donkere plas zonder dat het een blijvend product oplevert.’ Op verzoek van AirDiving Vinkeveen en Staatsbosbeheer halen ze de containers weg. Dat is nodig, omdat ze echt bijna instorten. Als ik er zelf naast zwem terwijl ze aan het werk zijn zie ik wat ze bedoelen: de duiker die met zijn helm en lood en gereedschap op de bovenkant van de container staat en naar de andere kant loopt zakt er net niet doorheen. Als ik weer boven ben en de betreffende duiker ernaar vraag, zegt korporaal1 Joery: ‘Ja, het was een mooie trampoline.’

Het is een mooi gezicht om de duikers aan het werk te zien: het lassen en branden zorgt voor vonken en prachtig vuurwerk onder water. De duikers werken dit keer samen, ze werken ook wel eens alleen. Vanaf de kant liggen verschillende kabels het water in. Een rood-geel-blauwe kabel die zorgt voor lucht voor en communicatie met de duikers en een heel dikke oranje voor de pneumatische aandrijving van de apparatuur: het lasapparaat, een zaag en een brander. Ik zie ze delen doorzagen en branden, ze leggen dikke touwen vast om de delen straks aan hefballonnen op te kunnen laten stijgen en ze lassen op sommige plekken nog weer wat extra ogen vast om op de goede plek touwen te kunnen bevestigen zodat alles in balans is straks als het omhoog komt. ‘Niet in de vonken kijken’, is me gezegd, dus ik kijk door mijn camerascherm. En ik houd een beetje afstand, om geen gaten in mijn droogpak of masker te hebben als ik bovenkom.

Gedegen voorbereiding

De oefening is, zoals je kan verwachten, zeer gedegen voorbereid. Luitenant Don is daar al weken mee bezig geweest voordat ze naar Vinkeveen kwamen met al het materieel. Zijn taak is om vooraf alles zo in kaart te hebben dat ze nu geen verrassingen tegenkomen én op eventuele verrassingen voorbereid te zijn. ‘We hebben een aantal weken geleden met een paar van de duikers uit het team een verkenning uitgevoerd. Daar komt dan een gedegen plan uit met een lange lijst van materieel dat mee moet. En dat plan voeren we nu goed uit, in een zeer kort tijdsbestek. We werken in zo’n week van zeven uur ’s ochtends tot soms tien uur ’s avonds of langer als het moet.’

 

Natuurlijk komen er nog weersinvloeden zoals wind en stroming bij kijken die niet te plannen zijn. Een van de duikers merkt terecht op de eerste avond tijdens het eten op: ‘Die container gaan we straks van tien meter diepte verplaatsen naar het ondiepe deel en leggen we op zo’n 3 tot 4 meter diepte. Dat werkt efficiënter, omdat welangere duiken kunnen maken in verband met decompressietijden). Maar dat zal niet makkelijk gaan en niet in een rechte lijn. Zodra hij aan de hefballonnen hangt, gaat hij zweven en aan de wandel. Ik hoop dat we hem in het duikgebied kunnen houden, want de wind en stroming gaan hem meenemen. En dat houden ook wij echt niet tegen, daar zijn ze te zwaar voor.’

En zo gebeurt het ook. Twee dagen later kom ik terug voor nog een ‘toeristisch’ duikje, zoals de professionals dat noemen. Het weer is beter, maar door de werkzaamheden is het zicht enorm verslechterd. Terwijl we met een groepje – ook twee majoors nemen vandaag een kijkje – naar het werkgebied zwemmen, zien we wolk na wolk na wolk langskomen. Daarbij ‘lopen’ de duikers natuurlijk al een paar dagen over de bodem, ze dragen geen vinnen en een zware helm. Het zand en veen zit overal. Maar, als je stroomopwaarts weer bij de containers komt, nu in het ondiepe en een heel aantal meters naar het westen tegen de rand van het duikgebied aan, is de voortgang goed te zien. Zeker de helft van het staal ligt al op een schip tegen de kant, de rest zal snel volgen. Die avond gaat ook Luitenant Don zelf de bus nog schoonspuiten zover als lukt en dan volgen nog wat kleine klussen.

Een paar weken later lig ik weer in Vinkeveen voor een recreatieve duik. Direct zwem ik natuurlijk naar de plek waar de container stond. Een lege, verlaten plek nu. Met hier en daar nog wat zichtbare sporen, maar je ziet ook: de natuurlijk neemt het snel weer over. Nog even en we zien niets meer van het werk van de mannen. Op de werkplek in het ondiepe is de bodem alweer vol stromingsribbels en de sleepsporen zijn weg. De bus is inderdaad een stuk schoner dan hij was. Ik zet de kabouter die er nu achter ligt maar snel rechtop. Het zicht is terug en vanaf de bovenkant van de bus is het wateroppervlak goed zichtbaar met het zonnetje. Zo lijkt het alsof er niets gebeurd is.


Sodeju!

Genisten ondertekenen hun mails en andere schrijfsels vaak met sodeju! Ook klinkt het woord luid en duidelijk als er getoost wordt of op andere momenten.

Opleidings- en Trainingscentrum Genie

Het Opleidings- en Trainingscentrum Genie (OTCGenie) leidt genisten op, oftewel militaire bouwers. Zij bouwen bruggen, voeren reparaties uit, ruimen mijnenvelden en adviseren op het gebied van CBRN-dreigingen (chemisch, biologisch, radiologisch, nucleair). Daarnaast verzorgt het trainingscentrum genieopleidingen voor de andere krijgsmachtdelen.

De Pioniers- en Pontonniersschool (PPS) verzorgt in Vught, Hedel en Wezep de opleidingen en trainingen rond de genievakgebieden bouw en infra:

  • bruggen bouwen
  • varen en duiken
  • kranen
  • grond-, weg- en waterbouw.

Het Kenniscentrum Genie:

  • ontwikkelt de geniedoctrine
  • schrijft vakspecifieke studies
  • levert bijdragen aan studies van het geïntegreerd landoptreden
  • initieert en begeleidt onderzoeken
  • initieert de aanschaf van geniematerieel
  • begeleidt materieelprojecten.

Om bij de genieduikers te mogen duiken, gelden de volgende instroomeisen:

  • Je moet medisch goed gekeurd worden
  • Je moet psychologisch goed gekeurd worden
  • Je moet positief bevonden worden tijdens de kennismakingsdagen
  • Je moet je duikopleidingen aan de Defensie Duik School succesvol afronden
  • Je moet je portfolio succesvol afronden.

Na het behalen van deze punten zul je de rode muts ontvangen en officieel Genieduiker zijn.
Heb je interesse of vragen over de opleiding? Stuur een e-mail naar 105GNCIEWB.DUIKPEL@mindef.nl