Leestijd: 6 minuten

In de Nederlandse getijdengebieden kun je ook boven water genieten van prachtige waterdiertjes en plantjes. Ga hiervoor eens stenenkeren – wel even de klemtoon goed leggen. Trek je laarzen aan en begin een uurtje voor laagwater. Draai de stenen voorzichtig om en verbaas je over zeedonderpadjes, steenslijmvissen, vreemde michelinmannetjes en nog veel meer.

Stenen bieden leefruimte aan allerlei planten en dieren. De bovenkant van de stenen is begroeid met rode, groene en bruine wieren. Daarop zitten algen-etende huisjesslakken. Aan de onderkant zijn de meeste stenen begroeid met sponzen, mosdiertjes, hydroïdpoliepen, zeepokken en korstvormende zakpijpen. Zij vormen patronen van geel, paars, roze, wit en grijs. Daaroverheen kruipen allerlei dieren, zoals platwormen en naaktslakken. Onder de stenen lopen krabbetjes of verschuilen vissen zich. Duiken is een mooie manier om te genieten van het kleurige onderwaterleven, maar tweemaal per etmaal is het laagwater, waarbij het bovenste deel van de dijk droogvalt. Waar je met hoogwater normaal je vinnen aantrekt, kun je met laagwater lopen. Door te ‘stenenkeren’, simpelweg een steen omkeren en kijken wat eronder leeft, kun je Zeeland van een hele andere kant beleven.

 

stenenkeren

 

Uitdroging

De beestjes en wieren die in het getijdengebied leven moeten sterk zijn. Ze moeten onderwater kunnen leven, maar ook volledig droog kunnen vallen. Uitdroging in de zon, het zoete water van een regenbui of aangevallen worden door vogels horen bij de uitdaging van het overleven. Alleen de echte specialisten kunnen overleven in het getijdengebied. Het is dus niet gek dat je sommige dieren die je nauwelijks tegenkomt bij het duiken, wel regelmatig kunt vinden in het getijdengebied en andersom. Een bijzondere soort die op plekken dichtbij de monding van de Oosterschelde kan worden gevonden is de zebra-anemoon. Deze lijkt op de paardenanemoon, maar heeft een groengestreept ‘pyjamajasje’. Anemonen die je gewend bent van het duiken, zoals de slibanemoon en de zeeanjelier, zul je in het getijdengebied misschien nauwelijks herkennen. Om zich te beschermen tegen de droogte, trekken ze hun tentakels namelijk helemaal in. Het enige dat zichtbaar blijft is de zuil. Zo heeft elk beestje zijn eigen overlevingsstrategie. Hoe hoger op de dijk een beestje of zeewier leeft, hoe langer hij tegen uitdroging moet kunnen. Wieren en vastgroeiende dieren hebben daarom vaak een vaste plek op de dijk. Paardenanemonen en kleine zee-eik (een bruinwier) groeien eigenlijk altijd hoog in het getijdengebied, terwijl het exotische wakamewier en de chileense zakpijp laag op de dijk voorkomen.

 

stenenkeren

Door te stenenkeren ontdek je Zeeland van een heel andere kant.

 

Tijdens het stenenkeren kun je veel bijzondere soorten vinden. Eén van de drie soorten steelkwalletjes van Nederland leeft bijvoorbeeld in het getijdengebied. Steelkwalletjes zijn speciale kwallen. Ze komen namelijk niet drijvend in het water voor, maar groeien met hun steeltje aan wieren of op ander substraat. Naaktslakjes zijn te vinden op drooggevallen stenen en in poeltjes water in de buurt van hun voedsel. De hemelsblauwe knotsslak en de slanke waaierslak eten bijvoorbeeld specifieke hydroïdpoliepen, maar ook egelslakken, gekraagde vlokslakken, rosse sterslakken, groene mosdierslakjes en vele andere soorten zijn te vinden. Het groot glasmuiltje eet vooral kolonievormende zakpijpen en is vaak te vinden op druipzakpijp. Dit dier lijkt net een naaktslak, maar is eigenlijk een huisjesslak. Zijn schelpje bevindt zich in het lichaam. Het huisje van het koffieboontje is wel te bewonderen. Ook dit slakje kun je vinden op zakpijpen. De aanwezigheid van grote hoeveelheden voedsel in het getijdengebied trekt veel andere soorten aan.

 

  • Steenslijmvis.
  • Steelkwalletje (foto Luna van der Loos).
  • Purperslak.

 

Michelinmannetje

Stenenkeren is een goede gelegenheid om de kreeftachtigen goed te onderzoeken. Je kunt ze makkelijk oppakken om eens goed te kijken wat het verschil is tussen een mannetjes- en vrouwtjeskrab: dit is goed te zien aan het achterlijf. Bij krabben is het achterlijf om de buik naar voren gebogen. Dit buikklepje heeft een puntige vorm bij mannetjes en een ronde vorm bij vrouwtjes. Het vrouwtje bewaart de eitjes onder het buikschild, maar soms is er ook iets anders te zien: het krabbenzakje. Deze parasiet leeft in de krab en veroorzaakt uiteindelijk de dood van de krab. Ook andere kreeftachtigen zijn stenenkerend goed te bekijken: kreeftgarnaaltjes zie je vaker dan tijdens het duiken, net zoals het harig porseleinkrabbetje en het glad porseleinkrabbetje. Als je goed kijkt zie je ook zeespinnen, zoals het michelinmannetje. De laatste eet anemonen met behulp van zijn lange zuigsnuit.

 

Huisjesslakken die je tijdens het duiken niet vaak ziet, zijn hoog op de dijk goed vertegenwoordigd. Alikruiken eten bijvoorbeeld wieren en zijn daar vaak op te vinden. De purperslak is een van de meest belangrijke vleeseters in het getijdengebied. Kleine prooien, zoals zeepokken, wrikt de purperslak open met zijn schelprand. Met behulp van een tong bestaand uit messcherpe tandjes schraapt hij het vlees in kleine stukjes. Voor grotere prooien, bijvoorbeeld een mossel, heeft hij een andere techniek: in zijn voet zit een boororgaan waarmee hij zuren afscheidt. Binnen zeven uur kan de purperslak een gat in het kalkskelet van zijn prooi boren, waarna hij de prooi verlamt en vervolgens opeet. Ook de Amerikaanse oesterboorder en de Japanse stekelhoren, die tot groot verdriet van de oesterkwekers op steeds meer plekken in grotere aantallen voorkomt, zijn beruchte rovers.

 

stenenkeren

Michelinmannetje, een zeespin.

 

Kraamkamer

Het getijdengebied is een zone waar veel beestjes zich kunnen verschuilen en leven, maar deze zone heeft nog een andere zeer belangrijke functie: het is een kraamkamer. Voor alle dieren die op hard substraat eitjes afzetten, speelt het getijdengebied een belangrijke rol bij de voortplanting. Alikruiken, purperslakken en fuikhorens zetten er bijvoorbeeld hun eitjes af. Botervisjes en zeedonderpadden zijn regelmatig spartelend in kleine plasjes water onder stenen te vinden en met een beetje geluk kun je ook een harnasmannetje of vijfdradige meun tegenkomen. De steenslijmvis is zelfs specifiek afhankelijk van het getijdengebied. Het mannetje heeft zijn territorium onder stenen. Meerdere vrouwtjes leggen eieren in het territorium, waarna het mannetje de eitjes bewaakt en er regelmatig vers water overheen waaiert.

 

Het getijdengebied heeft dus een belangrijke functie voor het onderwaterleven. Gietasfalt, het storten van zand en andere dijkwerkzaamheden hebben echter grote gevolgen voor deze leefomgeving. Het verzamelen van gegevens over het leven in het getijdengebied is daarom belangrijk. Begrijpen waar dieren leven en in welk seizoen ze voorkomen, kan helpen om de dieren en hun leefomgeving te beschermen. Het stenenkeren zal je in ieder geval een hele andere blik op het leven van Zeeland gunnen. Het grootste voordeel is misschien nog wel dat stenenkeren minder koud is dan duiken; zo kun je ook niet-duikend in de winter genieten van de mooie dieren die op dat moment te zien zijn.

 

 

stenenkeren

Harige porceleinkrab.

 

________________________________________

 

Stenenkeren

stenenkerenIn Zeeland kun je op veel plekken goed stenenkeren. Het enige wat je nodig hebt zijn rubberen handschoenen (bescherming tegen de oesters), laarzen en een laagwaterkentering. Vaak kun je een uur voor laagwater al beginnen. Leuke plekken om stenen te keren zijn onder andere de Westbout en de getijdenpoel bij Neeltje Jans. Aangezien beide plekken dicht bij de grens tussen Noordzee en Oosterschelde liggen, is er goede kans op bijzondere vondsten. Andere mooie plekken voor stenenkeren zijn Goese Sas, Putti’s place en Westkapelle. Wel belangrijk is het om stenen altijd terug te keren, zodat de dieren die onder de stenen leven zo min mogelijk gestoord worden.

 

Stichting ANEMOON heeft een ‘Litoraal Inventarisatie en Monitoring Project’ (kortweg ‘LIMP’) opgezet om het getijdengebied te monitoren. De gegevens die worden verzameld kunnen helpen om antwoord te geven op vragen zoals: ‘Welke soorten kunnen we waar vinden?’, ‘komen er nieuwe soorten bij of zien we soorten juist minder vaak?’ en ‘in welk seizoen zien we welke soorten?’. Daarbij is stenenkeren leuk om te doen voor alle duikers die meer willen leren over het onderwaterleven of voor de mensen die (nog) niet duiken.

 

Een aantal keer per jaar worden er LIMP excursies georganiseerd, waarbij we met een groepje mensen het leven in het getijdengebied bekijken. Iedereen is welkom. Meer informatie? Kijk op www.anemoon.org of mail naar LIMP.anemoon@gmail.com

 

Voor al je vragen over dieren, wieren, planten of gekke verschijnselen die je hebt gezien kun je lid worden van de Facebook groep “ANEMOON MOO/LIMP/SMP” of onze pagina liken.