Leestijd: 8 minuten

Een groep bevriende duikers zoekt een gunstig geprijsde duikreis. Ze komen uit op een live-aboard in Thailand. De kleine boot reist naar twee verschillende eilandgroepen, met een bevoorradingsstop tussendoor. Raymond Wennekes beleeft een van zijn mooiste duikreizen en vertelt hoe de manta’s hem om de oren vlogen. Maar ook voor het kleinere leven had hij oog.

Dit is de vierde keer dat ik met een groep vrienden een duikreis maak. Als eerste deden we de noordelijke wrakkenroute in Egypte. Een mooie trip die ik zeker nog eens wil doen maar die ik door de aanhoudende onrust in het land liever even uitstel. Het tweede jaar gingen we naar het noordelijke Ari Atoll in de Malediven. Dat was een geweldige reis met manta’s en een walvishaai van heel dichtbij. Ik dacht dat niets die ervaring kon overtreffen.. Tot we Thailand leerden kennen. In 2015 kozen we voor het eerst voor Thailand uit budget-overwegingen. Het is een van de beter betaalbare bestemmingen voor een live-aboard; een duiksafari waarbij je gedurende de reis aan boord van een schip verblijft. Het duiken in Thailand is ons zo goed bevallen dat we ook dit jaar voor deze bestemming kiezen. Want de duiken zijn afwisselend. Er is veel leven en weinig tot geen stroming dus voor iedereen goed te doen. En niet onbelangrijk: het water is kristalhelder!

 

Dit jaar zijn we met een flinke groep van elf personen. Bijna een volle boot. Het enige nadeel van duiken in Thailand is de lange reis. Je bent ongeveer zestien uur onderweg, via Hong Kong naar Phuket aan de westkust van Thailand. In Phuket wacht de chauffeur van Sea Bees. Dat is een grote duikschool in Thailand met meerdere vestigingen in voornamelijk Phuket. Het is dezelfde duikschool die we vorig jaar bezochten, maar we doen het nu toch iets anders. Vorig jaar werden we naar Chalong gebracht, van waar we vertrokken met de Marco Polo. Nu gaan we aan boord van de Genesis II en vertrekken vanaf Khao Lak. Het is een kleinere boot, wat betekent dat we halverwege de week terug naar de haven moeten komen om te bevoorraden. De reis is daarom verdeeld in twee routes. Eerst bezoeken we de noordelijke eilanden zoals Koh Bon, Koh Tachai en Richelieu Rock. Na de bevoorrading zetten we de reis voort tussen de Similan Eilanden.

 

  • Overal anemoonvisjes.
  • De dieren lijken weinig last te hebben van de hoge watertemperatuur.
  • Losgeslagen veerster.

 

Tsunami-evacuatieroutes

De eerste nacht slapen we nog in het Palm Garden Resort in Khao Lak. Dit is fijn, want hierdoor kunnen we nog even aan het klimaat wennen. Het is zo rond de 35 graden en de luchtvochtigheid is extreem hoog. Dat hakt er best in als je aankomt. Door deze dag is er bovendien nog genoeg tijd om de omgeving te bekijken. Khao Lak is eigenlijk een aaneenschakeling van kleine dorpjes die tegen een berg aanliggen. Er is een hoofdweg. Het is duidelijk te zien dat het dorp een van de zwaarst getroffen gebieden is van de tsunami in 2004. In het begin maken we nog grapjes over de borden met de tsunami-evacuatieroutes die overal langs de weg staan. Maar het maakt best indruk als we in het binnenland, op honderden meters van de kust, een marineschip zien liggen. Ze hebben het schip bewust hier gelaten als gedenkteken. Vergeet ’s avonds niet naar de markt in het dorp te gaan. Die is een bezoek meer dan waard, al is het om je ogen uit te kijken naar wat de Thai allemaal zelf eten en kopen.

 

De volgende dag maken we kennis met de crew. Twee mannen die de flessen vullen, een vrouwelijke chef-kok, een kamermeisje, de schipper, een machinist en drie duikgidsen. Ik heb inmiddels geleerd dat je zeker de mannen die je fles vullen en vooral de chef-kok te vriend moet houden.. dat kan een live-aboard een stuk aangenamer maken. Na de nodige instructies over het reilen en zeilen op de Genesis II is het zover. De trossen gaan los en weg zijn we! Het uitvaren uit de haven gaat altijd gepaard met een kleine ceremonie: om de kwade geesten te verdrijven steekt de crew vuurwerk af bij het verlaten van het vasteland.

 

Troebel

De eerste duik maken we bij Koh Bon. Dit is zo’n eiland zoals iedereen wel kent van de reclames. Hagelwitte stranden, palmbomen en mooi gekleurde bootjes. Hoewel dit eiland het dichtst bij Phuket ligt, is het nog niet onder de voet gelopen door toeristen. Aan een kant van het eiland is een steile rots waar onze boot aanlegt. Voor ons betekent Koh Bon “Manta-point”, legt de gids uit. Als er ergens een plek is waar we manta’s kunnen zien, dan is het hier. Na een wat warrige briefing gaan we in drie groepen te water. Zodra we in het water springen, merk ik meteen dat het troebeler is. Waar we de vorige keer vanaf de bodem – hier 25 à 30 meter diep – de boot konden zien, hebben we nu niet meer dan 10 tot 15 meter zicht. Dat is natuurlijk meer dan voldoende, zeker als je de Oosterschelde gewend bent, maar duidelijk minder dan vorig jaar. Wat ook opvalt is dat op diepte het water erg warm is. Op 30 meter geeft de computer 33 graden aan. Dit kan nooit goed zijn voor het koraal en de dieren, denk ik.

 

De dieren lijken er weinig last van te hebben. Want al snel zien we grote scholen horsmakrelen, trompetvissen, murenes, gestreepte zeeslangen en de alom bekende anemonen met clownsvisjes. Halverwege de duik zwemmen we langs het einde van een rotsformatie. Ik voel de stroming vanuit de andere richting opkomen en voor we het weten hebben we de eerste twee manta’s om ons heen. Hier genieten we van het schouwspel terwijl de manta’s ons letterlijk om de oren vliegen. Ze hebben zin om te spelen met de opgaande bellen die de duikers uitademen. Na een uur moeten we toch echt aan onze opstijging beginnen. Eenmaal bovengekomen is de stemming opperbest; wat een mooie duik hebben we gemaakt en dat is nog maar de eerste!

 

  • Ruime keuze aan macro onderwerpen.
  • Ruime keuze aan macro onderwerpen.
  • Hengelaarsvisje.
  • Manta’s vliegen je letterlijk om de oren.
  • Sommige naaktslakjes zijn niet groter dan een broodkruimel.

 

Andaman Zee

Maar het is een live-aboard, dus veel tijd om na te genieten heb je niet. Er staan drie of vier duiken per dag op het schema met steeds een oppervlakte-interval van twee uur. Als onderwaterfotograaf moet je naast eten, genieten en rusten natuurlijk ook zorgen dat de batterijen van de camera en flitsers vol zijn, en dat je de juiste lenskeuze maakt voor de volgende duik. Vooral dat laatste is lastig bij het duiken in deze gebieden. Je kunt hier werkelijk alles tegenkomen in één duik. Van de kleinste naaktslakjes, niet groter dan een broodkruimel, tot walvishaaien. Deze laatste worden helaas niet heel veel gezien maar het is zeker mogelijk. De Similan en Surin Eilanden liggen in de Andaman Zee. In deze hoek van de Indische Oceaan komen walvishaaien voor. Maar de zee is groot en je moet geluk hebben dat de walvishaaien voorbijtrekken op het moment dat jij er bent.

 

Halverwege het eerste deel van de reis duiken we bij Richelieu Rock. Dit is een rotsformatie die in open zee ligt en bij laag water ongeveer een halve meter boven de waterspiegel uitkomt. De plek is ontdekt door Jacques-Yves Cousteau toen hij aan lokale vissers vroeg waar volgens hen de meeste vis zou zitten. En het klopt. Rond het plateau zijn geen andere rotsen, dus alle zeedieren uit de wijde omtrek komen hier naartoe. De diversiteit aan leven is enorm. Richelieu Rock staat hier wereldwijd om bekend en staat ook hoog op mijn lijstje van “mooiste duikstekken”. De rots maakt zijn belofte opnieuw waar. Afgezien van het mindere zicht maken we een fantastische duik. Opnieuw zwemmen we tussen grote scholen barracuda’s, snappers, koraalduivels, trekkersvissen, sepia’s en hengelaarsvissen. Even verderop een zeepaardje en verschillende fluitvissen. De gids neemt me mee en laat een zeldzame denappelvis (Cleidopus gloriamaris) zien. Helaas krijg ik deze niet op de foto zoals ik graag zou willen en de tijd dringt – door de diepte en de mensen achter mij die hem ook graag willen zien. Wanneer we verder zwemmen zien we grote en kleinere baarzen tussen de felgekleurde maar vooral enorm grote zachte koralen zwemmen. Wanneer ik stop om een foto te maken voel ik de poetsvisjes in mijn oren en op mijn wangen. Hoewel je hier niet echt thuis hoort als duiker, word je toch opgenomen als bewoner van de zee.

 

Harmonie

Het eerste deel van de trip zit er nu bijna op. We varen terug richting de haven en leggen voor de laatste keer aan bij Koh Bon. Dit is de duikstek waar we de eerste keer manta’s zagen. Ook nu is het weer prijs. Terwijl we zitten te eten, springen de manta’s al twee keer uit het water. Dit gebeurt allemaal vlak voor onze boot. De gids vertelt dat hij dit in vijf jaar slechts één keer eerder heeft gezien, dat belooft wat. Zodra we in het water springen, dalen we af en zoeken naar een vaste ondergrond. En ja hoor, daar zijn ze weer! Nu zijn ze met meer. Vier manta’s cirkelen om ons heen en lijken ook van onze aanwezigheid te genieten. Terwijl ik foto’s maak merk ik dat ze bij mij minder dichtbij komen dan bij de rest. Ik besluit mijn flitsers uit te zetten en dat werkt. Niet veel later vliegen ze recht over me heen. Zelfs tijdens onze veiligheidsstop blijven de manta’s om ons heen hangen en besluit een manta te dansen met een van onze duikgidsen. De manta hangt op een meter afstand van de gids verticaal in het water, en beiden bewegen op hetzelfde ritme met de armen en ‘vleugels’. Perfecte harmonie tussen mens en dier.

 

Deel twee van de bootsafari brengt ons naar de zuidelijke Similan Eilanden. Deze eilandengroep bestaat uit elf eilanden. De zuidelijke eilanden verschillen sterk van de noordelijke eilanden waar we eerder deze week hebben gedoken. In het noorden zijn er meer steile wanden. In het zuiden is er sprake van rondere rotsblokken die op elkaar zijn gestapeld, waar je omheen of tussendoor kunt duiken. Op niet alle eilanden mag worden gedoken in verband met de koraalverbleking. Dit is het effect van te warm water waardoor het koraal helemaal wit wordt en afsterft. De Thaise overheid sluit soms een aantal eilanden af voor toeristen, om de natuur onder water te ontlasten. Persoonlijk vind ik dit een erg goed initiatief en het valt me op dat de Thaise overheid de Similan én Surin Eilanden als erg belangrijke natuurreservaten ziet, en deze goed beschermt. Zwemmen in een baai mag bijvoorbeeld wel, maar je mag geen voet aan wal zetten om de broedgebieden van de zeeschildpadden niet te verstoren. Op overtreding staan extreem hoge straffen. Meer landen zouden hier een voorbeeld aan moeten nemen.

 

  • Bidsprinkhaankreeft.
  • Het leven laat zich van zijn mooiste kant zien.

 

Luipaardhaai

De duiken hier zijn geweldig en het leven onder water laat zich weer van zijn beste kant zien. Scholen barracuda’s en tonijn, trekkersvissen, schorpioenvissen, bidsprinkhaankreeften en verschillende soorten naaktslakken; het is zomaar een greep uit de wezens die je onder water tegenkomt. Voor de onderwaterfotograaf is het een walhalla met een enorme keuze aan onderwerpen. Ook komen we enkele witpunt rifhaaien tegen die onder de rotsen liggen te slapen en wijst de gids ons regelmatig op voorbij zwemmende manta’s. Een luipaardhaai die kalm passeert is een van de hoogtepunten.

 

De dagen vliegen voorbij en voor je het weet heb je achttien duiken gemaakt. De laatste duik staat gepland op Bon Soong Wreck. Zoals de naam doet vermoeden is het geen scheeps- of vliegtuigwrak maar een oude baggerinstallatie die in 1985 is afgezonken. Dit wrak ligt dicht voor de kust en vormt een thuisbasis voor veel zeedieren zoals murenes, kogelvissen, naaktslakken en kleine goby’s, maar ook grote scholen horsmakrelen en barracuda’s zwemmen er rond. Helaas is het zicht bij dit wrak niet veel meer dan anderhalve meter en dat zorgt ervoor dat veel duikers uit de groep hun duik voortijdig afbreken. Terug in de haven worden we naar het Palm Garden Resort gebracht waar we onze spullen kunnen spoelen en nog twee dagen kunnen genieten van de Thaise cultuur en keuken. Tijdens de reis naar huis kunnen we er niet over ophouden. Wat een geweldige trip hebben we achter de rug! Maar ja.. waar gaan we volgend jaar naartoe en kan dat nog beter worden?

 

___________________________________________________

Thailand praktisch

THAILAND is in oppervlakte ongeveer net zo groot als Frankrijk en telt 60 miljoen inwoners. De hoofdstad is Bangkok. Het land ligt middenin zuidoost Azië, tussen de Stille Oceaan in het oosten en de Indische Oceaan in het westen. Het zuidelijke deel van Thailand is een schiereiland met oceaankusten en duikgebieden aan beide zijden. De meeste steden en vakantieoorden liggen aan de oostkust. Phuket vormt een uitzondering, deze toeristenplaats ligt aan de westkust. Het land is sinds oktober in diepe rouw vanwege het overlijden van koning Bhumibol Adulyadej.

KLIMAAT: tropisch. De beste reistijd is van november tot en met februari.

REIS: Een rechtstreekse vlucht van Amsterdam naar Bangkok duurt ongeveer twaalf uur. De meeste maatschappijen maken een tussenstop in Hong Kong, Abu Dhabi of Kuala Lumpur.

VALUTA: Thaise bath (40 bath voor 1 euro). Er zijn voldoende geldautomaten die creditcards en bankpassen accepteren.

VACCINATIES: Aanbevolen zijn Hepatitis A en DTP. www.ggdreisvaccinaties.nl

VEILIGHEID: Op 13 oktober 2016 is de koning van Thailand overleden. Er is een periode van rouw waarin veel sociale activiteiten worden beperkt. Feestelijke activiteiten zijn niet toegestaan. Uitgaansgelegenheden kunnen voor een bepaalde tijd worden gesloten. Respecteer de lokale gebruiken en de beperkingen die door de autoriteiten aan het sociale leven worden opgelegd. Deze worden strikt gehandhaafd.

ELEKTRICITEIT: 220 Volt. Adapters voor het stopcontact zijn bij de meeste hotels en aan boord van live-aboards verkrijgbaar.

www.sea-bees.com