We duiken langs het wrakje van een sleepboot net buiten Valetta. De diepte is achttien meter en ik word niet nat. Ik bouw ook geen herhalingsfactor op voor de tweede duik. Want ik zit onder 1 bar druk in een luxe stoel in wat nog het meest lijkt op een Imax theater: een grote plexi bol voorop de Super Yacht Sub 3 die bijna rondom zicht biedt op het omringende water. De sportduikers op het wrak verleggen meteen hun aandacht naar het kleine witte onderzeebootje en zwemmen naar ons toe, GoPro’s op selfiesticks in de aanslag. Er wordt gezwaaid en oké-tekens uitgewisseld. Je hoort niks, er kraakt niks, er knallen geen bouten door de lucht zoals in de fameuze film Das Boot. De stilte wordt af en toe doorbroken door een mechanische klik, het hoogzoemende geluid van de elektromotoren en de rustige stem van piloot Arthur Klootwijk die om de vijftien minuten de informatie over positie, diepte, druk en O2 doorgeeft aan de volgboot. Heel nauwkeurig stuurt Arthur de sub om het wrakje heen. Als we naar boven gaan wordt het licht langzaam feller. De duik eindigt als we in schuimend zeewater de oppervlakte doorbreken en de zon weer naar binnen schijnt.
300 meter
Arthur Klootwijk is lid bij OSC Dordrecht en onderwaterhockeyer. En een van de twee hoofdpiloten bij U-Boat Worx, de Bredase producent van luxe onderzeeboten. Hij is er verantwoordelijk voor het onderhoud aan onderzeeboten bij klanten, leidt nieuwe piloten op en doet de proefvaarten met nieuwe typen. ‘Ik wilde altijd al iets met water en techniek,’ vertelt Arthur. ‘Ik heb de opleiding tot maritiem officier voor een deel gevolgd en ben twee jaar beroepsduiker geweest bij Noordhoek in Zierikzee. Daarna gewerkt als onderhoudsmonteur bij de Sportboulevard Dordrecht. Daar ging ik het water missen. Een tijd geleden stond er een verhaal over U-Boat Worx in Onderwatersport. Dus heb ik de site opgezocht en daar stond een vacature. Gesolliciteerd en aangenomen! Door de combinatie van zeevaart met duiken ben ik er in sneltreinvaart ingerold.’ Op Malta test U-Boat Worx de eerste Super Yacht Sub 3 van de serie. ‘We duiken naar 300 meter, testen alle systemen en laten aan de keuringsinstantie zien dat het een goede en veilige sub is. En vertegenwoordigers van onze klanten maken de eerste proefvaarten om te beslissen of ze de boot aan hun baas willen aanbevelen.’
U-Boat Worx maakt onderzeeboten met vaste tanks zoals deze of met opblaasbare tanks aan de buitenkant. Het principe is hetzelfde: door perslucht in de tanks te blazen krijg je drijfvermogen aan de oppervlakte. ‘Deze sub kan maximaal 350 kilo aan gewicht meenemen,’ zegt Arthur. ‘Dus als je weet hoeveel de passagiers wegen dan vul je de trimtank (een watertank binnenin de sub) met water tot je in totaal op 350 kilo zit en dan is de boot neutraal. Als er één passagier is dan leg ik de lege stoel vol met zakjes lood om het gewicht te compenseren.’ Volgens de specificaties kan de boot twaalf uur duiken. ‘Binnenin is het een grote rebreather. We voegen 26 liter O2 per uur toe en je maakt tijdens een duik 22 liter CO2 per uur aan per persoon. Dat halen we uit de lucht met een grote scrubber en de verbruikte zuurstof wordt aangevuld uit de tanks. Daarnaast is het pneumatisch systeem heel belangrijk om de tanks te kunnen blazen en het drukverschil tussen binnen en buiten op te lossen. Want zelfs bij het kleinste drukverschil zou je het luik al niet meer open krijgen. En voor het comfort is er de luchtbehandeling. Die is nog het beste te vergelijken met het koelsysteem van een auto. Aan de buitenkant loopt een koelspiraal die de kou van het water afgeeft aan het luchtcirculatiesysteem. Zo blijft het binnen aangenaam van temperatuur en krijgen we geen condens.’
96 uur
Centraal in de sub staan de veiligheidssystemen. Arthur noemt er een paar: ‘Er is een “hydraulic emergency” handpomp. Voor als de arm iets heeft vastgepakt en niet meer open wil, en we dus met de arm aan een wrak of iets dergelijks vast zitten. Dan kan ik met een handpomp van binnenuit de klem van de arm open zetten. Er zit ook een mes in de arm om de slangen door te snijden en dan kan ik de hele arm afwerpen. De handpomp wordt ook gebruikt om een gewicht van 100 kilo onder de boot los te gooien voor het geval er een grote storing is, bijvoorbeeld als het batterijcompartiment is volgelopen. Dan stijgt de boot op. Achterop de sub zit een knalrode boei die ik kan afschieten als we vast zitten op de bodem. De volgboot kan dan zien waar we liggen en de sub zo mogelijk aan de kabel omhoog trekken. Er zit 450 meter kabel aan, ruimschoots genoeg gezien onze maximale duikdiepte. Die boei wordt uiteraard getest. Best een rotklus; in de fabriek trekken ze lootjes voor wie de kabel weer moet terugvouwen. En met twee flessen van twintig liter O2 kan de sub minimaal 96 uur op de bodem blijven staan en drie man in leven houden tot er hulp is gekomen. Er zijn lithium hydroxidedekens aan boord die in zo’n geval extra CO2 opnemen.’
Arthur zit tijdens het varen achter de twee passagiers en bestuurt de sub met een controller met twee kleine joysticks. Zijn kantoor is een donker hol met allemaal meters, knoppen, schakelaars en lampjes. ‘Ik kan minder goed naar buiten kijken,’ zegt Arthur. ‘Het beste uitzicht is voor de passagiers. Ik moet het doen met twee lcd-schermen. Links heb ik het instrumentenpaneel met diepte, afstand tot de bodem, metingen van de sensoren en batterijstatus. Rechts een scherm met optionele informatie. Dat zijn onder meer de beelden van de 360 graden camera achterop de sub, zodat ik toch om me heen kan kijken.’ De boot beweegt met behulp van vier propellers. Twee achterop voor de voortstuwing en twee op de zijkanten voor omhoog, omlaag of opzij varen. ‘Dat laatste is uniek voor een sub,’ weet Arthur. ‘Met een prop die duwt en de andere die trekt kan ik de boot zijwaarts langs een wrak of wand varen. Zo geef je de passagiers het beste uitzicht.’
Meer dan varen
Als we Arthur twee dagen aan het werk zien wordt duidelijk dat er meer bij komt kijken dan de boot te water laten en een stukje varen. ‘In de opleiding leren we hoe de sub in elkaar zit, welke systemen en leidingen er zijn. Een piloot moet weten waar welk klepje zit zodat hij instinctief de goede leiding dicht draait als er onverhoopt wat lekt. En vanzelfsprekend moet je weten wat P maal V gedeeld door T is; het verband tussen volume en druk begrijpen. Je moet verstand hebben van partiële druk. Net zo belangrijk is de operationele kant van het varen met de sub. Het gaat erom dat je veilig een missie uitvoert. Die moet je plannen. Misschien zijn er vergunningen nodig om in een gebied te varen, wat zegt het weerbericht, is er ander verkeer in de buurt en vooral: wat is het reddingsplan? Bij een ondiepe duik kan dat een duiker zijn, bij een diepere duik moet er iemand met een ROV stand-by staan die binnen 96 uur een redding kan doen. Dat moet voor de duik allemaal geregeld zijn. De sub varen is multitasken: sturen en de systemen bedienen. De meeste aandacht gaat uit naar het verhelpen van abnormale situaties. Dan probeer ik bij een piloot-in-opleiding wel eens sneaky dingen te doen. De zuurstofkraan dichtdraaien bijvoorbeeld, en dan kijken hoe lang het duurt voor hij erachter komt…’