Leestijd: 5 minuten

Je hoeft niet naar het midden van de Atlantische Oceaan om blauwe haaien te zien. Vlak om de hoek, in Cornwall, kan het ook.

Het Engelse kanaal is een van de toegangswegen naar onze Noordzee. Deze wateren zijn niet alleen een thuis voor vriendelijke vissen zoals de koekoekslipvis, maar ook voor de grote blauwe haai. Voor de kust van Cornwall gaan we op zoek naar deze kleurrijke en zeer gestroomlijnde jager. We komen al vele jaren in Cornwall; het meest zuidwestelijke puntje van Groot-Brittannië. Op slechts 650 kilometer rijden vanaf Dover weet deze streek ons iedere keer weer op iets bijzonders te trakteren. Zijn het niet de geweldige kantduiken, driftduiken, bootduiken, riffen en wrakken, dan zijn het wel de haaien. Al tien jaar geleden mochten we aan deze kust een topjaar beleven met de ruim zeven meter lange “basking sharks” (een soort walvishaaien). Dit jaar stond in het teken van het zoeken naar de blauwe haaien.

 

De grote blauwe haai wordt maximaal vier meter lang en hoort tot de familie van de requiemhaaien. Deze familie – 52 soorten, de tijgerhaaien, stierhaaien en zwartpunt rifhaaien horen er ook bij – is verantwoordelijk voor de meeste aanvallen op de mens. De blauwe haai is heel nieuwsgierig maar laat zich gemakkelijk afweren. Duikers betitelen het dier ook niet als agressief. Het leefgebied van de blauwe haai strekt zich uit over de koude wateren van de oceanen. Ook in de Noordzee komen ze voor. Cornwall ligt aan de Atlantische oceaan en de watertemperatuur schommelt hier zomer en winter tussen de 10 en 17 graden Celsius. Blauwe haaien vinden hun voedsel in diep water. Tot zo’n 350 meter diepte jagen ze voornamelijk op inktvissen. In minder diep water staan grotere vissen zoals baarzen op het menu. Aan de oppervlakte zijn ze te vinden als er bijvoorbeeld een kadaver (of ander aas) in het water drijft. En dat geeft ons een kans om ze te ontmoeten.

 

Manacles

Het is zomer en de weergoden zijn ons eindelijk goed gezind. De oceaan is kalm, de zon schijnt. Met ons hebben nog twaalf snorkelaars de trip geboekt bij Porthkerris Divers. Vanuit Porthkerris vertrekken we vanaf het kiezelstrand met een catamaran in oostelijke richting. We passeren na enkele mijlen de riffen van de Manacles. Dit is een van onze favoriete bootduikplekken vanwege de scheepswrakken, kleurrijke riffen en de hoeveelheid leven onder water. Dit is ook de plek waar de nieuwsgierige en bont gestreepte lipvissen in grote aantallen aanwezig zijn. De kapitein en eigenaar van Porthkerris Divers stoomt verder en we doorkruisen het ankergebied van de grote zeeschepen. Tankers liggen hier op lading te wachten, of volgeladen te wachten tot de lading een paar cent meer waard wordt.

 

Ik zie de ogen in de oogkassen draaien en besef dat de haai mij aan het observeren is.

 

De kust wordt kleiner en kleiner, en na een uur varen zijn we hem zo goed als uit het oog verloren. De rustige oceaandeining krijgt de overhand en het zicht op de kust wordt ons definitief ontnomen. Dit is het moment waarop de mand met lokaas aan dek komt. Terwijl de schipper dwars op de stroming vaart, gooit de crew kleine stukken aas overboord. Zo wordt een geurspoor van enkele kilometers uitgezet. Een grote zak met bevroren vis wordt aan een lijn van 25 meter achter het schip meegesleept. Na enkele kilometers zo te hebben gevaren, gaat de motor uit. Daar dobberen we dan in een serene stilte. Zo nu en dan komt een meeuw of jan-van-gent een kijkje nemen. Verder zijn onze ogen gericht op het lange touw met daaraan grote stukken aas. Het aas hangt op drie meter diepte aan een kleine boei. De tijd verstrijkt en de stress neemt wat toe. We wachten nu al geruime tijd en we zien enkel de rustige golven van de oceaan, maar nog steeds geen rimpeling in het water rond de boei. Geduld, maant de schipper. Ze komen, en het zal er niet één zijn maar meerdere. Met die woorden vatten we weer hoop en wachten geduldig af.

 

Schrikreactie

En het is de moeite. Na 45 minuten gaat de boei voor de eerste keer onder! Niet vaak maar er is beweging in het water. We turen heel geconcentreerd en dan zien we de eerste schim van een haai. Yes! Daar doen we het voor. De schipper stelt voor om nog even te wachten voor we in het water springen, want hij verwacht dat er nog meer haaien komen. Met meer zijn ze minder schuw en dat is voor ons dan weer een voordeel. Het kost moeite maar we volgen zijn advies. En inderdaad. De ene haai na de andere verschijnt. We krijgen het groene licht om onze snorkelsets aan te trekken en te water te gaan. Het is hier 88 meter diep en ik heb geen idee welke (schrik)reactie me straks te wachten staat. Voor de zekerheid heb ik mijn onderwatercamera met klittenband aan mijn pols geborgd. Ik steek mijn hoofd onder water en zie direct de langgerekte vorm van een blauwe haai. Grote zwarte ogen, lange vinnen en een mooie kleur blauw op de rug – grijswit op de buik. Ik schat de lengte op twee meter en daarmee is dit nog geen volwassen exemplaar. Ze kunnen het dubbele aan lengte worden met een gewicht tot 130 kilo. Ze leven in groepen en de kans dat we tijdens deze trip meer en nog grotere exemplaren tegenkomen is reëel. We liggen nog maar net in het water en dus blijven we hopen. Alhoewel deze kleintjes ook al indruk maken.

 

De haaien, inmiddels zijn ze met z’n vijven, zwemmen kriskras en op verschillende dieptes om ons heen. Het meest indrukwekkende is wel als de haaien net onder de oppervlakte en vlakbij voorbijschuiven. Ik zie de ogen in de oogkassen draaien en besef dat de haai mij aan het observeren is. Het aas dat aan de boei hangt wordt aan stukken gescheurd. Het is goed te zien hoe de blauwe haai zijn ogen sluit als hij zijn indrukwekkende tanden in het aas zet. Dan volgt een worstelpartij waar je niet tussen wil zitten, maar het is wel het moment om iets dichterbij te komen en het vast te leggen. Met hoekduiken probeer ik onder de haaien te komen. Maar ik ben niet optimaal uitgelood en het kost me veel moeite om beneden te komen. Hoe dieper ik kom, des te meer wordt mijn neopreen natpak samengedrukt en hoe makkelijker ik beneden blijf. Met zowat lege longen en een goede timing probeer ik, met de haai in aantocht, te duiken en me onder de haai te manoeuvreren. Kijkend door de zoeker van de camera lukt het me een beeldvullende foto van een blauwe haai te maken. Als ik vanachter de camera opkijk, zie ik dat de haai wel heel erg dichtbij zwemt. Wow, wat vertekent een fisheye lens en wat ben ik blij dat de haai meer trek heeft in vis dan in mij!

 

Voldaan

Na een goede anderhalf uur in het water te hebben gelegen vind ik het welletjes. Het water is vandaag 16 graden en in de regel duiken we hier in een droogpak. De lift van de catamaran brengt me aan boord en de lucht van de barbecue komt me tegemoet. Wat een welkome verrassing. De hamburgers zijn gemaakt op de boerderij van de schipper. Begrijpelijk dat ze kiezen voor hamburgers want op een slingerend schip op de oceaan is het minder verstandig de ronde Engelse worstjes te braden. We zijn allemaal benieuwd naar de foto’s die deze middag geschoten zijn. Tussen de hamburgers door worden de foto’s bekeken en belevenissen uitgewisseld. Er waren genoeg haaien en ze waren er niet voor vijf minuten. De schipper stoomt weer richting Porthkerris met een dek vol voldane snorkelaars.

 

___________________________________________________________

Porthkerris

Porthkerris is een afgelegen baai aan de oostkant van het schiereiland Lizard, Cornwall. Bij veel Engelse duikers staat het gebied in de top drie van mooiste duikplaatsen van Groot-Brittannië. Porthkerris Divers is een familiebedrijf met ervaren instructeurs en schippers. Ze varen vanaf het strand met twee boten naar het Manacles-rif en de talloze scheepswrakken en kleurrijke riffen in de directe omgeving. Maar je kunt ook van de kant duiken, onder meer naar Drawna Rock die vlakbij het strand ligt en waar je een mooie duik maakt tot maximaal 18 meter diepte. Bij de duikbasis zijn een camping en appartementen voor wie wil overnachten. www.porthkerris.com

 

  • De haaien worden gelokt met aas.
  • Grote zwarte ogen, lange vinnen en een mooie kleur blauw op de rug.