In onze huisplas, de Boschmolenplas, liggen heel wat wrakken en zo af en toe komt er nog eentje bij. Bij een van de oudste wrakken, het zeilbootje net naast de instap, heeft de natuur inmiddels haar werk gedaan. Hij is van hout en verkeert in verregaande staat van ontbinding maar het kajuitje staat er nog op. Goede schuilgelegenheid voor vissen, toch even kijken…, helaas, niemand thuis. We besluiten verder te duiken naar de Poseidon, ook een van de oudere wrakken. Via het verkeersbord, het diepe oefenplateau, daarna het autowrak, en dan via de beeldentuin naar de Poseidon. De Poseidon ligt een heel stuk dieper en verkeert voor zijn leeftijd nog in redelijke staat. De romp en de kajuit zijn nog in goede staat. Ook hier maar weer even naar binnen kijken, helaas…. niemand thuis. Inmiddels is de Poseidon helemaal begroeid met quaggamosselen. Jaren geleden hebben we hier een voor Nederland zeldzaam mosdiertje gevonden, Lophopus crystallinus ofwel het zakvormig mosdiertje. Dit mosdiertje houdt van koud water. De Poseidon is een uitstekende groeiplaats want ook in de zomer ligt de Poseidon ver onder de thermocline. Helaas vinden we geen mosdiertjes. Dan maar even kijken of de fiets er nog staat. Deze staat tegen de boeg van het schip en staat er al bijna net zo lang als dat de Poseidon er ligt. Hij is er nog en is inmiddels ook helemaal begroeid met mosselen. Voor duikers die niet weten dat hier een fiets staat kan het lastig worden, de fiets is al zover heen dat hij bijna niet meer als zodanig herkenbaar is.
Willie
We duiken verder de diepte in, omlaag langs de steile wand. Er is ons in het oor gefluisterd dat er een nieuw wrak in de Boschmolenplas ligt. We zijn met een groepje van vier duikers onderweg, helemaal geen probleem want het zicht is zeker op diepte uitstekend en daarbij schijnt ook nog een zonnetje. In de verte zien we een lamp van een duiker en we gaan richting het lampje. Ja, daar ligt hij, het nieuwe wrakje, een vlet met de naam Willie. Blijkbaar wisten meer duikers van de Willie, het is er druk geweest want om de Willie heen is het erg stoffig. We bekijken het wrakje nog even en gaan dan weer richting het ondiepe.
Wel nog even genieten van de wand, op veel plaatsen is de wand erg steil en zie je hoe deze door lagen zand en klei is opgebouwd. Hier en daar is een holletje gegraven door de Amerikaanse rivierkreeft, de enige kreeftensoort die in de Boschmolenplas zit. De kreeften hebben of de holletjes verlaten of ze zitten diep weggedoken in het holletje. Die worden nu bevolkt door kleine zwartbekgrondels. Om voor ons onbekende redenen worden de diepere gedeelten van de Boschmolenplas bevolkt door kleine zwartbekgrondels. De grote zwartbekgrondels zitten in de ondiepere delen. Misschien een overlevingsstrategie, misschien plaatsgebrek, we weten het niet.
De duikcomputer geeft een diepe veiligheidsstop aan daarom stijgen we niet door maar zwemmen verder langs de wand. Dan komen we het engeltje tegen, een hoofd met armpjes en vleugeltjes dat in de wand geplaatst is. Altijd leuk om even te zien en je hebt meteen een exacte plaatsbepaling. De diepe veiligheidsstop zit erop en we hebben inmiddels een klein uurtje duiktijd op de computer staan. Het begint langzaamaan een beetje fris aan te voelen en we besluiten rustig verder op te stijgen. Rond de 12 meter gaat de steile wand abrupt over in een vlak gedeelte. Hier zijn nog wat beeldjes geplaatst, precies op de rand van de afgrond. We bekijken ze even en dan richting zuidwest, richting instap. Op de terugweg komen we de getraliede maagd tegen, nou ja, ze was getralied. De tralies zijn weggehaald, de maagd is schoongemaakt en wat rest is een donkere buste, bijna onherkenbaar als wat voorheen de getraliede maagd was.
Reefballs
We zwemmen door richting de reefballs. Hier is al vaker een meerval gespot maar die is vandaag niet thuis. De reefballs liggen ook al lang in het water. Ze liggen gestapeld op en rond een pijp waar je doorheen kan zwemmen. Hier is het wel een drukte van belang. De hele pijp zit vol met bloedrode aasgarnaaltjes. Hans besluit door de pijp te duiken en bevindt zich ineens midden in een wolk van garnaaltjes. Altijd leuk om door de pijp heen te zwemmen, te zorgen dat je deze niet aanraakt en al zeker geen stof maakt. Voor Hans een dikke 10. We gaan verder richting het ondiepe en komen de eerste bomen tegen die rond de 6 meter geplaatst zijn. Ze zijn hier en daar begroeid met mosseltjes en we vinden zelfs nog wat kruipende geleimosdiertjes op de takken. Dat is wel laat in het jaar, de tijd dat de takken vol hingen met massa’s mosdiertjes ligt al twee maanden achter ons. Even heel goed kijken of we de statoblasten van de mosdiertjes vinden. Statoblasten zijn de overwinteringsvorm van de mosdiertjes. Ze zitten in een geleiachtig pakketje bij elkaar. Gelukkig maar want afzonderlijk zijn ze zo klein dat ze bijna niet te vinden zijn.
We zwemmen verder het ondiepe in, op 5 meter krijgen we onze ondiepe veiligheidsstop en slaan dan rechtsaf richting de instap. Voordat we aan de instap komen krijgen we eerst nog het 5 meter oefenplateau. In de warmere tijd is op het oefenplateau vaak vis te vinden, deze keer niet. Dan maar even er onder kijken en ja hoor. Hier zitten enkele grote baarzen. Misschien dat ze zich tegoed doen aan de bloedrode aasgarnaaltjes die hier ook in overvloed zitten. Maar eens proberen of we zo’n baars netjes op de foto krijgen. Als iedere fotograaf aan zijn trekken is gekomen zwemmen we verder. We kijken nog even onder de steiger. ’s Zomers is het hier prachtig begroeid met waterlelies. Die zijn er natuurlijk niet meer maar de bladeren staan er nog prima bij.
Ons groepje van vier houdt het voor gezien. Langzaamaan begint het toch koud te worden en de manometers staan ver naar links. Tijd voor koffie of warme chocomel. Bij het omkleden horen we dat er afgelopen week tijdens een nachtduik een meerval gespot is bij de containers. Een meerval is altijd spectaculair en ze worden steeds vaker gezien in de Boschmolenplas. Soms hangt er een in de diep geplaatste bomen, soms is er een te vinden bij de reefballs of de hut van oom Jan en nu blijkbaar ook bij de containers. Prima reden om volgende week, ondanks het kouder wordende water, toch weer een duikje te maken. De duik zal beginnen richting de containers, op zoek naar de meerval. Daarna? We zien het wel, richting de Santa Maria of de helikopter. De kantlaar of het reddingsbootje kan ook nog. Een buddy geeft aan het freedive plateau ook eens te willen gaan bekijken. Dat zal volgende week dan wel niet lukken, zal de week daarna worden…