Leestijd: 7 minuten

Waarom zit een duikbril goed, waar let je op, welke zit lekker en wat is dan die ene ultieme uitvoering voor jou? Een groep duikers ging voor Duikeninbeeld.tv en Onderwatersport op onderzoek uit bij DiveWorld Enschede.

Tientallen TUSA-maskers liggen klaar voor het testpanel op de zwembadrand van het heldere, blauwe, warme water. Een mooi, kleurrijk plaatje. Bevlogen vertelt Harro Cats, dealer van TUSA in Nederland, de theorie die erbij hoort. Hij kan er dagen over praten, maar voor deze groep houdt hij het wat compacter. Proberen, dat is het credo vandaag. En dan eens kijken waarom het een ‘geweldig’, de ander ‘wel lekker’, en het volgende simpelweg ‘voor geen meter’ zit. Een tipje van de sluier: de uitslag is nogal persoonlijk.

Het testen gaan als volgt: in twee groepen testen de duikers in het zwembad de maskers. Per sessie in het water ongeveer de helft voor de ene groep, en de helft voor de andere groep. Iedereen test natuurlijk wat hij of zij belangrijk vindt, maar een aantal zaken komen terug op een zorgvuldig opgesteld beoordelingsformulier: hoe is de pasvorm, het zicht, het gevoel, is het masker makkelijk leeg te blazen, klaart het fijn, wat valt je op? Voor de blinde en slechtziende duikers is ook duikster Kim aangeschoven, zo voelt iemand aan wat deze groep nodig heeft, ze let vooral op prikkels, zitcomfort en ruimte.

Cats legt uit: ‘De meeste mensen kiezen niet bewust voor een duikbril’. Een snel rondje langs de tafel bevestigt dat. Een enkeling heeft bedacht wat hij of zijn belangrijk vond. Maar voor de meesten geldt: ‘Deze heb ik altijd al’. Of: ‘Ik was onderweg, zonder masker. Dit was het masker dat ik toen kon krijgen en op mijn neus bleef zitten bij de bekende vacuümtest.’ Cats hoopt dat het na vandaag iets anders gaat bij de aanschaf van een nieuw masker.

 

Prepareren

‘Het begint allemaal met het prepareren van je masker’, vertelt hij. ‘De damplaag moet er echt uit. En dat geldt voor alle maskers, ongeacht merk, vorm, eigenschappen of prijs. Ontvet álles, dus het masker, de band, maar ook de doos met afwasmiddel zonder siliconen. Schrob de binnenkant van het glas met witte tandpasta.’ En zegt hij lachend, maar ook bloedserieus: ‘Gebruik geen remmenontvetter, stop hem niet in de vaatwasser en probeer nou gewoon niet met een aansteker de binnenkant weg de branden. Zo zonde van je geld.’

Voor zover wat voor alle maskers van elk merk geldt. Dan de verschillen. Hij legt uit dat elk masker anders gebouwd is. De één heeft 3D sync, zuignappen die kunnen kantelen, zodat ze zich aanpassen aan je gezicht. Dat zie je bijvoorbeeld bij de TUSA Intega, Zensee en de INO. ‘Een maskerband is er om je masker op zijn plek te houden, niet om het geheel zo hard tegen je hoofd te trekken dat het ook wel blijft zitten.’

 

 

Keuze is reuze

Dan is nog zoveel om keus uit te hebben. Een voor een legt hij de elementen uit, te beginnen met Freedom Technology. Vier punten zorgen ervoor dat het masker zich beter vormt naar de jukbeenderen, en ‘waar je schedel de hoek omgaat’. Iedereen voelt meteen even aan zijn of haar gezicht. ‘Ah ja’, hoor je zo her en der. ‘Daar dus’. Sommigen hebben een verstevigd stuk op de lip. ‘Een snordrager zou daar baat bij kunnen hebben. De rand is wat groter. Freedom Technology 2 is alweer de vernieuwde versie: de kuiltjes zijn wat groter, en verplaatst.’

Alle maskers die Cats mee heeft hebben de TUSA round edge skirt. Ook hebben sommige een Strap adjustor, een 3D sync gesp waardoor ze iets nauwkeuriger instelbaar zijn en hij heeft maskers mee met allerlei verschillende kenmerken: panoramic view, frameless, met enkele glazen, dubbele glazen (altijd uit te voeren met optisch glas), AR reflective glass, paragonglas, antireflectieglas, chrystal view optical glass, met zijglazen, frameless, UV420 coating, een trimix frame… Er is genoeg te proberen, te voelen, ervaren en vooral ook om een mening over te hebben. En dat mag dit keer, ongenuanceerd en persoonlijk.

 

Dit zijn de opvallendste zaken uit de test

  • Pas! De vorm van je gezicht maakt verschil. Net als het doel: waar gebruik je hem voor? Diep, ondiep, donker, licht, warm, koud, instructie, onderwaterhockey? Je kan redenen hebben om meerdere maskers te willen die totaal niet op elkaar lijken.
  • Voor elk masker is wat te zeggen. Of niet. En daar is geen speld tussen te krijgen.
  • Voor elke duiker is een ander masker prettig. Donker of transparant siliconen is heel persoonlijk een voor- of nadeel. Niet iedereen vindt ‘zijraampjes’ fijn, net als dat groot of juist klein volume voor de een geweldig is en voor de andere en crime.
  • Niet iedereen kan bij elk masker klaren – tijdens de testen blijkt dat per model en duiker verschillend.
  • De testers vinden de TUSA-maskermodellen van een degelijke constructie en benoemen de voordelen van de zachte siliconen.

 

 

Met dank aan: Agnes, Andries, Arthur, Arjen, Emma, Kim, Nancy, Patrick, Pim en Rob


 

Zensee en Zensee Pro
‘Past zich aan aan het hoofd’

Dit masker zit bij veel verschillende gelaatstypes goed. Het heeft een grote beeldhoek: ‘Geen tunnelvisie’, schrijft Nancy hierover. Verrassend voor sommigen, aangezien de rand altijd gekleurd is, een transparante versie bestaat ook niet. Bij smallere gezichten drukken de randjes wat, vooral na het afzetten en weer opzetten. De snordragers zijn verdeeld: de een vind het heerlijk, de ander zet hem liever af. Het volume lijkt op het eerste gezicht groot, maar valt mee in praktijk, blijkt uit de testresultaten: ‘Het is makkelijk in een keer leeg te blazen.’ Het glas van de Pro-versie heeft wat voordelen voor sommigen boven de gewone versie. Dit type glas geeft vooral boven water rust aan de ogen bij fel licht. De fotografen zijn nog bang dat dat onder water zorgt voor het wegvallen van de ogen van het model, maar dat is niet het geval, zo blijkt in een testshoot.


INO en INO pro
‘Geschikt voor smalle gezichten’

Dit is het typische ‘damesmodel onder de TUSA-modellen’. Geschikt dus voor smalle gezichten en dat blijkt ook uit de testverslagen: alle testers met relatief bredere gezichten in de groep vinden het helemaal niets. Een van de uitgesproken meningen: ‘Deze is niet voor volwassen kerels.’ Het is een wat stugger masker, degelijk, kleiner, klaart wel makkelijker en voor sporten onder water zoals onderwaterhockey zou het zich goed kunnen lenen.

 

Freedom Triquest
‘Ideaal voor lesgeven’

De Freedom Triquest is transparant en dat betekent veel licht, dat binnenkomt door de zijruitjes. Veel licht en zicht is niet voor iedereen per se een voordeel: het kan ook zorgen voor te veel prikkels en te veel licht. In de terugkoppeling wordt het ook een ‘robuust masker’ genoemd. ‘Degelijk en stevig’, is een andere bewoording. Het volume is vrij groot, of voelt in ieder geval zo aan. Leegblazen moet misschien, afhankelijk van je ademkracht in twee keer. Kim geeft duidelijk aan dat deze geen meerwaarde heeft als je toch niets ziet, maar de banden die eraan zitten (3D maskerband, vijfpunts verstelbaar en Freedom Techonology) zijn geweldig.

 

Freedom Elite
‘Allemansvriend’

Deze heeft het. Op beoordelingsformulieren regent het complimenten voor dit masker: ‘Zit goed, lekker, lekt niet, goed verstelbaar.’ En anderen: ‘Gemakkelijk aan te passen.’ ‘Goed voor fotowerk in de donkere variant.’ ‘Goed volume.’ ‘Makkelijk klaren en leeg te blazen.’ Het enige commentaar(tje) dat sommigen hebben is dat ze de rand zien of de randen voelen zitten.

 

Freedom HD
‘De looks zijn niet de beste’

De Freedom HD wordt langs de waterkant een beetje uitgelachen. ‘De looks zijn niet de beste, maar als je daar doorheen kijkt gaat een wereld voor je open’, zegt Pim als hij weer bovenkomt. ‘Wát een ervaring!’ De beeldhoek is goed, hij wordt genoemd als ideale optie voor warm water door de grootte van het geheel. Over het draagcomfort zijn de meningen dan weer verdeeld: ‘Niet te veel poespas – opzetten en zwemmen’, zegt Nancy. Het masker is stevig, voor sommige testers te stevig. Er is ‘weinig ruimte voor je vingers’ en drukt bij mensen op het gezicht. Toch roemen anderen hem om de soepelheid. Hadden we al gezegd deze maskertest persoonlijke voorkeuren omhooghaalt?

 

Paragon (S)
‘Stoere looks’

Fijn zicht, ruimer zichtveld, een degelijke duikbril met niet te groot volume, geeft veel rust, helder, stevig montuur en toch zacht en flexibel. De Paragon S is een veelgeprezen masker. Nu moet gezegd dat een aantal testers deze ook zelf in de duikkrat heeft liggen als eerste keus. De duikers die hem niet zelf hebben zijn ook enthousiast. ‘Ik merkte bijna niet dat ik hem op had’, zijn de gevleugelde woorden van Arjen. Voor brildragers is dit een goede versie met twee losse glazen. Fotograaf Arthur maakt foto’s van de modellen die langszwemmen met het gecoate glas. ‘Geen probleem’, concludeert hij.

 

Freedom Ceos
‘Klein maar fijn (en soepel)’

Als (foto)model is dit een leuke optie, zegt Nancy als ze het water uit komt. Het is een ‘makkelijk’ masker en ook deze heeft soepel siliconen. Ondanks de split in het midden, heeft niemand last van het middendeel. Sterker nog, voor sporten als onderwaterhockey is dit een pre: veilig en klein volume. Duikers met een groot hoofd vinden het een minder model.

 

 

Intega
‘Heerlijk masker voor lesgeven in zwembad’

Dit masker roept voorkeuren op. Het is ‘goed’, ‘voldoet’ en ‘is prima als basisbril’ en andere zeggen juist ‘goede back-upbril’. Het kleinere volume doet vooral de instructeurs en onderwaterhockeyers in het zwembad jubelen. De twee aparte glazen geven veiligheid. De 3D sync is een pre. Kim voelt als niets-ziende duiker juist meer ruimte bij de ogen en vindt deze daardoor minder prettig dan bijvoorbeeld de Ceos.